Uit Knack – Jan Stevens
De Britse astrofysicus Martin Rees had het in Our Final Century? niet alleen over de gevaren van superintelligentie, maar ook over de gevolgen van de creatie van een ‘nieuwe’ bionische mens met behulp van hersenimplantaten en medicijnen die rechtstreeks op de hersenen inwerken. ‘Als medestichter van de World Transhumanist Association was en is dat nog altijd een van mijn stokpaardjes’, zegt Bostrom. ‘Ik ben na de millenniumwissel uit die beweging gestapt omdat andere leden overdreven hoge verwachtingen koesterden over de technologische en genetische verbetering van de mens. De gematigde transhumanisten zijn altijd al bezorgd geweest over de misbruiken die mogelijk zijn met bijvoorbeeld geïmplanteerde chips.’
De Amerikaanse socioloog en filosoof Francis Fukuyama rekent transhumanisme tot een van de ‘gevaarlijkste ideeën van de menselijke geschiedenis’. ‘Onzin’, vindt Bostrom. ‘Brillen mogen we dragen, schoenen ook, en onderwijs vindt iedereen fantastisch, maar als iemand oppert om zichzelf te verbeteren met behulp van medicijnen of een chip, wordt hij meteen weggezet als een gevaarlijke utopist. Maar de mens heeft altijd al geprobeerd om zichzelf te verbeteren. Het is zinloos om daar voor of tegen te zijn. Mensen zijn nu eenmaal uitvinders. Ook van technologie die impact heeft op hun eigen zijn. Technologie heeft nooit onder controle van een organisatie gestaan: er is wereldwijd geen enkele instelling die bepaalt wat we beter wel of niet zouden maken. Overal vinden mensen van alles uit. Dat is prima, want zo zijn we er de voorbije eeuwen ook op vooruitgegaan.’
Bostrom ontkent dat hij door zijn onderzoek naar ‘de nakende apocalyps’ een zwartkijker is geworden. ‘Ik ben er niet gedeprimeerder door geworden dan ik al was. Het enige wat ik probeer te doen, is inschatten wat de potentiële voor- en nadelen van superintelligente machines zijn, en wat we moeten doen om de risico’s te overleven die eraan verbonden zijn. Je kunt ons onderzoek vergelijken met dat van een dokter die kankeronderzoek uitvoert, of van een politiek wetenschapper die de oorzaken van oorlogen uitpluist. Tijdens het dagelijkse werk concentreer ik me uitsluitend op de cijfers; het emotionele is bijna automatisch afgesloten. Ik geloof niet dat computertechnologie tot nog toe de menselijke soort heeft verzwakt of kwaad berokkend. Integendeel, in vergelijking met vorige periodes in de geschiedenis liepen er nog nooit zoveel mensen op aarde rond als nu. En we zijn rijker dan ooit tevoren.’
Is Bostrom dan toch nog optimistisch over onze toekomst? ‘Dat durf ik niet zomaar te zeggen. Iedereen denkt tegenwoordig in zwart-wit: ofwel ben je een optimist, ofwel een pessimist. Ik ben een bezorgde realist.’