Ze vinden foto’s uit een oud familiealbum van de SS’er Höcker, adjudant van kampcommandant Höss. Er is ook een foto bij van een houten gebouw in een berglandschap, ‘SS-Hütte Soletal’ staat eronder geschreven. De omgeving komt Barbara wel heel bekend voor. Na enig speuren op internet vinden ze nog meer foto’s met het hogere SS-kader en Mengele erop, die daar een dagje uit zijn. Als Barbara de foto’s ziet, doet dat houten gebouw dat achter ‘de ergste misdadigers van de twintigste eeuw’ te zien is haar sterk denken aan de kantine van haar vroegere vakantiedorp in de bergen bij Miedzybrodzie, waar ze als kinderen naartoe gingen. Dat vakantiehuis, de SS-Hütte Soletal’, blijkt bij navraag in de oorlog door kampgevangenen gebouwd. Barbara vertelt dat zowat iedereen in Oswieçim er wel eens voor een paar weken is geweest. Ook de gidsen van het latere Museum Auschwitz-Birkenau brachtten er jaarlijks hun vakantie door. Ze hadden daar een eigen barak. Die hebben het altijd geweten.
Ze verbaast zich erover dat het meer dan zestig jaar in de doofpot is gestopt.