De ijver en hoon waarbij het eigene wordt geridiculiseerd of verdacht gemaakt, is daarbij omgekeerd evenredig met de terughoudendheid en het respect in de benadering van het vreemde. Het historische perspectief werd verdacht gemaakt en uitgewist. Het individu dat in de moderniteit nog was ingebed in een traditie, leeft in de postmoderniteit idealiter enkel in het nu, enkel voor het nu, en enkel in verhouding tot het nu. Dat denken sleurde West-Europa mee in een spiraal van identitaire zelfdestructie. Wij hebben zelfgenoegzaamheid ingeruild voor een zelfrelativisme dat elke vorm identiteitsbeleving onmogelijk maakt. Of om Cicero te parafraseren: wie zijn verleden niet meer kent, is veroordeeld om eeuwig te leven als een kind.