Het leven van de overgrote meerderheid van onze voorouders laat zich samenvatten in de woorden van de filosoof Thomas Hobbes: ‘eenzaam, armoedig, afschuwelijk, beestachtig en kort’. Onze staat van genade is bovendien van vrij recente datum. De meeste vormen van ellende zijn we pas sinds 1800 echt beginnen terugdringen. Het leven van onze grootouders, een luttele twee generaties terug, was een stuk korter, veel armoediger, en beduidend beestachtiger dan wij gewend zijn. Dit proces van vooruitgang blijft zich nog steeds verderzetten. Nooit eerder leefden zoveel mensen zo lang, gezond, vrij, welvarend en vredig als anno 2019. Dat geldt in de eerste plaats voor rijke westerse landen, maar in steeds grotere mate ook voor de rest van de wereld.