Elke vrouw is te verleiden, hoe knap en hoe onbereikbaar ze ook lijkt. Zelfs als ze herhaaldelijk neen blijft zeggen, zit hierin uiteindelijk een ja misschien of eventueel of voor één keer etc. Er is altijd nog hoop voor mannen die aan geen liefdespartner geraken, ze dienen gewoon door te gaan met hun pogingen om een begeerde dame aan te spreken, te bestoken, te bewieroken, desnoods te verleiden. Je moet haar je beste ego en dus de hemel op aarde beloven. Voor de goeie verstandhouding, dat is niet mijn stelling.

Ik tekende deze mening op uit de mond van madam Isabel, een niet onaantrekkelijke dame die begin jaren 2000 mijn collega was bij de politie. Zij had deze met veel bravoure verkondigde veroveringstactiek vernomen uit de mond van mister Glenn, destijds hoofdcommissaris bij de Federale Politie. Om een lang verhaal kort te maken: de schone en vooral gladde Glenn ging op zijn bek bij de nogal mooie Isabel, zij liet hem een blauwtje lopen en verwees zijn met veel branie gehanteerde verleidingstactieken naar de prullenmand van liefdesland.
Mister Glenn ging af, hij trok zijn aanbod in en zijn broek weer op.

Toen Isabel me dit verhaal vertelde waren we meer dan zomaar collega’s, we waren mekaars tijdelijke toeverlaat. Zij was officier bij de Luchtvaartpolitie en ik bij de Scheepvaartpolitie, we waren beiden verzeild op een dienst waar we ons niet goed in ons vel voelden, we zochten er elk een uitweg naar ander werk. In de tussentijd waren we maatjes, in die zin dat we elke middag samen gingen lunchen, ook ons hart luchtten tegenover mekaar. De roddeltongen van de buitenwereld deden ondertussen hun uiterste best om ons aan elkaar te koppelen in de verboden zone van een stiekeme liefde. Daar was niks van aan, er was enkel de menselijke warmte van genegenheid en kameraadschap tussen vrouw en man. Dat dacht ik toch, want men wees mij er bij herhaling op dat Isabel toch netjes getrouwd was, dat zij zich zomaar geen frivoliteiten kon permitteren, zoals zonder mankeren iedere dag een uurtje afspreken met dezelfde collega. Want haar echtgenoot was de privé chauffeur van de toenmalige prinses Mathilde, dus werd zij verondersteld van onberispelijk te zijn in haar doen en laten. Enfin, mij niet gelaten, ik vond haar vrij knap en de babbel was welkom. Als ancien van het Koninklijk Paleis wees ik haar zelfs op bepaalde risico’s die zij toch wat onbezonnen nam, zoals zich fier aan de ingang van haar werk laten afzetten door haar man… met de prinselijke dienstwagen van het Hof.

Dat is allemaal goed afgelopen, gelukkig voor haar, ze heeft nog een schitterende carrière gemaakt, momenteel bekleedt ze de bijna hoogste functie bij het Comité P (de toezichtdienst op de politie). Daar gingen we in ons later leven nog eens een koffietje op drinken, dat was leuk bijpraten, ze lachte nog altijd om het domme ijdelhoofd Glenn (die toen al beroepshalve in vieze papieren zat). Zoals ik in die tijd voorspelbaar weg was bij mijn vrouw, had zij haar man verlaten, wegens echtelijke ontrouw. Ik ga geen details geven. Gedaan dus met die clandestiene ritjes in een koninklijke dienstauto en op de geprivilegieerde plaats zitten die voorzien was voor een prinses. Met haar liefdesleven zat het prima, ze deed het zelfs met twee mannen, voor de prijs van één. Dat laatste was een grappige toespeling van mij, waar ze zuinig en wat groen mee lachte. Toen ik even later ook nog een ongepaste ontboezeming deed per mail – ik alludeerde met een speelse knipoog op haar intelligente en zeer sympathieke.. borsten – was het kot te klein, ze sloeg de deftige voordeur van het comité P definitief dicht voor mij. Einde van mijn verhaal met madam Isabel, ze was waarschijnlijk te verleiden geweest, maar ze wou bij voorkeur neuken met serieuze venten. Zeker niet met die kleffe mister Glenn.

Nog even verder dollen met laatstgenoemde. Op zeker ogenblik ambieerde hij het ambt van Commissaris-generaal bij de Federale Politie – dat is in rang de allerhoogste pipo – hij dacht dat zijn politieke kaarten goed lagen. Concreet wilde dat zeggen: met snugger en sluw gekruip een zitje bekomen in de kruiwagen van meerdere links-liberale bobo’s, traditionele bondgenoten in het verdelen van poen en postjes. Het feestje van de zelfverklaarde meester-verleider ging echter niet door, want van alle kanten begon de zaak te lekken, fraude van hier en omkoping van daar, zoveel zogezegde vrienden schreven anonieme brieven en betichten hem van persoonlijke verrijking en wanbeleid. De veel te snel gerezen ster van Glenn doofde voortijdig uit, de man die dacht dat hij overal de adonis was – geadoreerd omwille van zijn machtspositie – werd plots de klos, slachtoffer van zijn verblindende ijdelheid, die vernietigend naar binnen was geklapt. Hoofdcommissaris Glenn werd tuchtrechtelijk geschorst en nam later vrijwillig ontslag.
De strafzaak tegen hem wordt eind dit jaar behandeld door de correctionele rechtbank. Wie dit verhaal in twijfel trekt, kan het zelf gaan navragen bij mister Glenn: hij baat momenteel om den brode een B&B uit in Knokke.

Dit is al bij al een banaal relaas. Het gaat over niet meer dan de verstrengeling der menselijke harstochten, de drang naar macht en het smachten naar sekslusten. Ik wil niet de zondaar zijn die hier puur uit persoonlijke rancune de eerste steen komt werpen. Eigenlijk was ik de facto een buistenstaander in deze verhalen. Maar wat me blijft storen, is de bijna politieke en ideologische blijdschap waarmee mister Glenn zich op Facebook expliciet manifesteert. Hij lijkt wel de sociale-media-spreekbuis van (ex)premier De Croo geworden te zijn. Wat een gatkruiper, zouden ze bij ons in het soms gelukkig ongecultiveerde Baalrode zeggen. Mag ik (verregaand politiek incorrect) veronderstellen dat onze gevallen hoofdcommissaris strategisch op de milde gunsten mikt van een clubje links-liberale rechters? Ook zijn herhaalde tirades tegen de zogenaamde gevaren van extreem-rechts (lees: het Vlaams Belang) lijken me ingegeven door een strict eigenbelang. Zijn negatieve fixatie op Vlaamsnationale partijen was reeds tijdens zijn actieve carrière legendarisch, als terreurspecialist zag hij overal de spoken van fascisten en neo-nazi’s. Het wereldwijd wredig tierende – meedogenloos schietend en onbarmhartig dodend – jihadisme achtte hij van een lagere en ongeorganiseerde orde. Dat is nog steeds de teneur van zijn posts, als ik hem dat in mijn reacties bij herhaling verwijt, past hij de verdwijntruc toe. Hij zwijgt – misschien nors en nukkig aan de Knokke-kust – maar hopelijk toch vanuit het besef dat er mensen zijn – vrouwen én mannen – die niet te verleiden zijn door de schone-schijn-tactieken van een linkse VIP-hypocriet.