Deel 2: Intensief en hartstochtelijk leven
Intensief en hartstochtelijk leven, dat is wat Camus ons aanraadt. Hij geeft een aantal voorbeelden. De Don Juan die onstuimig liefheeft, zonder hoop op een uiteindelijke, ware liefde. De toneelspeler die zoveel mogelijk levens wil leven en zichzelf verliest in het leven van een ander. De veroveraar, de strijder, de avonturier die wil handelen en zich verzet tegen de goden. De meest absurde mens is echter de kunstenaar. Deze schepper wil het leven herhalen in materie. Hij zoekt geen verklaring of oplossing voor zijn vragen en verlangens, maar wil ondervinden en beschrijven.
De Mythe van Sisyphus ontleent zijn titel aan de bekende Griekse mythe. Sisyphus is de sterveling die in opstand kwam tegen de goden en daarvoor de meest ernstige straf denkbaar opgelegd kreeg: zinloosheid. Hij is gedoemd eeuwig een rots tegen de berg op te duwen, te zien hoe deze weer naar beneden rolt en opnieuw te beginnen. Voor Camus is Sisyphus de ultieme absurde held. Hoewel zijn arbeid zwaar, nutteloos en oneindig is, vraagt Camus ons in te beelden dat Sysiphus rustig de berg afloopt, zijn steen achterna. Naar beneden wandelend, wordt hij zich bewust van het absurde van zijn situatie. Precies dit moment van helderheid en inzicht is tragisch en kwellend, maar tegelijkertijd Sisyphus’ overwinning. ‘We moeten ons Sisyphus als een gelukkig mens voorstellen,’ schrijft Camus.
De Mythe van Sisyphus is niet alleen humanistisch omdat het bestaan van iedere vorm van eeuwigheid wordt ontkend en de menselijke mogelijkheden centraal staan. Camus’ filosofische essay is ook – of vooral – humanistisch te noemen omdat het de menselijke ervaring (die zinloos en hartstochtelijk, eindig en trots is) zo treffelijk verwoordt. Voor Camus is de botsing tussen het menselijk verlangen naar eeuwigheid, duidelijkheid en zin aan de ene kant en een universum dat koppig en onrechtvaardig zwijgt aan de andere kant, het meest treffende aspect van de menselijke existentie. Hij vraagt ons deze situatie bewust te beleven, zonder gemakkelijke uitwegen, dogmatische zekerheden, of ontkenning in dagelijkse gewoontevorming. Camus weet als geen ander de menselijke existentie op de spits te drijven en verdient daarom een ereplaats in de humanistische canon.