Gwido komt naar de fitness. Op zijn dansvoeten. Snor getrimd. Training van Armani. Sleutels van zijn Porsche aan de ketting. Rond zijn nek. Dit is niet zijn territorium. Dient veroverd. Hij is nu de underdog. Een leraar wordt leerling. De meester leent zich tot het zweet. In gezelschap van zijn licht sarcasme. Zijn uitbundige grijns. Tien streepjes grijs in zijn kapsel. Netjes op een rij. Eén nonchalante lok op het voorhoofd. In een krul geplakt. Gulle knipoog naar Petra aan de balie. Hoog en blond en op niveau. Van zijn groot begeren. Klootjesvolk denkt hij. Begroet me als de vijand die hij liefheeft. Boksbaltechniek. We drukken knuisten. Kruisen onze blik. Hij kijkt me dankbaar aan. Ik ben zijn kapstok. Om zijn grap aan op te hangen. Wandelende moppenhandel. Elegant in al zijn ijdelheid. Zijn breedspraak. Die het liefst in bed ligt. Om te liegen dat hij Casanova is. Pardon. Hij is Don Juan. Maar hier moet hij moedig op de velo. In het bad van de pedalen. Op zijn schouders torst hij al zijn trots. Een grandioze cape. Nee een mega badhanddoek. Hij lijkt precies James Brown. Bedolven onder eigen blootstof. Geile parels bollen uit zijn ogen. Handjes schudden van geluk. Naar de fantomen in zijn hoofd. Zijn zak zit comfortabel. Kijkt naar elke vrouw. Het mogen ook nog meisjes zijn. Zijn gat geeft gaz. Hij rijdt zich hier te pletter zogezegd. Geweldig de baas. Hij blaast zich fijntjes op. Tot kleine god van ieder universum. Gwido is een ongewone man. Een jongen van haast zestig. Pezig in gedachten. Lenig van gevoel. De koning haast te rijk. Indien wij naar hem kijken. Doen wij met genoegen. Wij gaan plat voor dit theater. Gwido danst de zaal uit. Wuift ons allen na. Behalve Petra. Verdwenen. Zo goed als klaar met hem. Ze wacht vol spanning aan de Porsche. Niet smossen Gwido. Roepen wij perplex. Benieuwd of zijn reflexen kunnen stoefen in het blonde bed.