“Heb ik je al eens over de spanning van tegengestelde krachten verteld?” vraagt hij.
De spanning van tegengestelde krachten?
“Het leven is een reeks krachten die je heen en weer trekken. Jij wilt het ene doen, maar je wordt verplicht iets anders te doen. Iets doet je pijn; toch weet je dat dit niet zo zou moeten zijn. Je beschouwt bepaalde dingen als vanzelfsprekend, ook al weet je dat je nooit iets als vanzelfsprekend mag beschouwen.
Een spanning van tegengestelde krachten, als het trekken aan een elastiekje. En de meesten van ons leven ergens in het midden ervan”.
“Dat klinkt als een worstelwedstrijd” zeg ik.
“Een worstelwedstrijd”. Hij lacht. “Ja, zo zou je het leven kunnen beschrijven”.
“Dus wie wint er?” vraag ik.
“Wie wint er?”
Hij glimlacht naar me, met zijn gerimpelde ogen, scheve tanden.
“De liefde wint. De liefde wint altijd”.