Begin van deze maand maart is het drie jaar geleden dat ik samen met Nathalie voor de eerste keer naar dancing De Kroon in Scherpenheuvel ging. We deden het met nieuwsgierige maar ook voorzichtige stappen, we waren helemaal nog niet klaar voor elegante danspasjes. Bij het eerste betreden van de zaak werden we gewoonweg overweldigd door die pittig swingende bedoening op een overvolle dansvloer. Dit was echt niet te bevatten, we hoorden prettig opzwepende muziek, het prikkelde ons langs alle kanten, maar om te beginnen wilden onze benen nog niet spontaan mee. We moesten nog wat acclimatiseren, maar ik weet zeker dat we minstens één bougie hebben uitgeprobeerd, met dat éne draaike dat we beheersten, we voelden ons tegelijk weggedrukt én opgenomen in die plezante menigte om ons heen. Er kon ook nog een slowke van af, plakkerig tussen de massa, dat was in ons voordeel: op één tegel werden onze danskunsten gelukkig beperkt tot een innige lichaamsverstrengeling. Maar toch, de kop was er af, we hadden onze blijde intrede gedaan in de beste danstempel van Vlaanderen, het mekka van swing, quick step, slow, rock and roll, wals en andere bonte dansstijlen. We wisten al snel dat er in De Kroon de betere dansers kwamen, de lat lag hoog voor ons, maar wij wilden er samen voor gaan, en de omstaanders gunden ons dat, want ook dat is De Kroon: een gigantische dansfamilie, waarvan we na verloop van tijd een paar honderd mensen persoonlijk leerden kennen, het is een speeltuin voor volwassenen die het vrolijk kind in zichzelf herontdekken.

Ik kende De Kroon reeds een paar jaar eerder, in een vorig leven was ik er wel eens langsgelopen om er telkens met open mond en verlamde benen naar dat spektakel te staren. Zo graag wou ik meedoen, maar ofwel vond ik de geschikte vrouw niet in de dancing ofwel was de vrouw in mijn gezelschap niet geïnteresseerd om samen met mij iets uit te proberen tussen dat dansgewoel.
Ik meende vast te stellen dat sommige dames rapper in bed te krijgen zijn dan even wat ongeremd, desnoods sexy, met hun gat mee te komen schudden met mij. Terwijl ik als stuntelige danspartner toch vol goede bedoelingen zat: ik wou dat kunstje leren beheersen. Daarom ging ik zelfs naar een dansschool in de regio, ik schreef me meerdere keren in om toch wat basisregels op te pikken, maar het werden evenveel mislukkingen, noch de salsa noch de disco-swing konden mij echt bekoren, de wisselende danspartners waren daarbij zeker een niet geringe handicap, eigenlijk had ik een bloedhekel aan die schoolse cursussen met hun opstapeling van regeltjes, ik voelde het niet en ik baalde. Enkel met de rock and roll verwierf ik een tikkeltje affiniteit en ook met de swing, maar dan in vrije stijl, puur uit mijn lijf geschud. Maar dat mocht niet van de leraren, ik moest de opgelegde figuren volgen, dansen volgens hun strakke normen en patronen. Oké, zij waren de baas, en ik gaf elke lessenreeks weer op.

Ongeveer vijf jaar geleden kwam ik Nathalie tegen, reeds snel zochten wij naar vormen van ontspanning, waarvan ik hier de voornaamste niet ga vermelden, maar toch, eens uit bed zetten ook de danskriebels ons aan tot experimenteren. Wij begonnen rond te draaien en te zwieren in de living, eerst nog met onzekere pasjes maar gaandeweg sloop er een lijn en structuur in, goed genoeg om gaan uit te proberen in… De Kroon, een totaal onbekende zaak voor Nathalie, voor mij de plaats waar ik al ontelbare keren had gefaald: mijn danskunsten hadden er mij ongelukkig gemaakt. Ik wou wel, maar kon niet – zie wat ik hier al vertelde over die ongeschikte vrouwen – maar nu had ik een topmodel veroverd, zij voelde wat ik bedoelde en haar kriebels waren de mijne, we zaten met perfect op mekaar afgestemde vibraties. We beschikten over vier armen en benen, maar de wederzijdse verwachtingen verhielden zich één op één, ons lijf was bereid zich te verenigen, ook zonder seks. De dansclimax liet niettemin op zich wachten, want een vieze ziekte hield ons nog een tijdje tegen, corona walste immers rond in het land, maar in maart 2022 was het zo ver, de danskerk in Scherpenheuvel opende terug haar deuren. Haast als diepgelovigen boden wij ons aan, met schroom en respect voor diegenen die reeds ingetreden waren, wij wilden ons ook bekeren, dit leek ons eigenlijk een erotisch bedrijf, maar dan netjes met de kleren aan.

Stap voor stap en pas na pas zijn wij dan in ons opzet geslaagd, wij begonnen vlotjes deel uit te maken van de dansgemeenschap, een groot gezelschap van steeds weer opgetogen en opgetut volk, allemaal mensen die om te beginnen hun leeftijd vergaten en zich euforisch weer tot de nieuwe jeugd lieten behoren. Want wat zien ze er daar toch altijd weer goed uit: kokette dames en nette heren die een feestje komen bouwen, die hun entrée maken alsof ze over een catwalk wandelen, meneer houdt madam fier vast en omgekeerd, verliefde paartjes die al jaren gepensioneerd zijn en vrijgezellen die op voetjes van begeerte lopen, het gemoed vol goesting om op de dansvloer de liefde van hun leven te ontdekken. En dat kan: we hebben koppels zien ontstaan waarvan de man als 85-jarige plots een nieuwe vriendin heeft binnengedaan, wat later vernemen we dat ze samenwonen, of een 92-jarige die van tegen de Nederlandse grens komt en ons zegt: ik dans door tot ik prijs heb, ik wil nog een ferm wijf voor de tijd die me hier rest. Een andere 90-jarige staat bekend als de dansende dandy van het Vlaamse land, hij zit steeds strak in het (trendy) pak en beweegt zich gezwind op blitse witte sneakers. Er is niks potsierlijk aan deze ouwe jongens, ze zijn elegant en dansen met bekoorlijke madammen, ze houden hun vrouwen vast als waren het poppetjes om mee te spelen, het is precies nog een laatste opstoot van hun diepere libido, het getuigt van immens plezier in de lichtvoetigheid van dit leven, ze dansen als een eeuwige bruidegom het openingsnummer met hun frivole en zwoele bruid. Wij willen echter niet discrimineren, De Kroon is er immers voor oud en jong, maar die categorieën kan men daar zelf invullen, leeftijd is er slechts een secundaire aangelegenheid, de meeste mensen behoren er tot het gelid van de jeugd, in een eerste of tweede – en zelfs verdere of extreem gevorderde – versie. Kies de gepaste categorie maar uit, de dansers bepalen er zelf de impact en de verpakking van hun leefjaren.

Soms vangen wij geruchten op dat men De Kroon belachelijk wil maken, er zijn buitenstaanders die denken dat er nog een orgel speelt of een ouderwets orkest. Dat zijn vuile roddels, voornamelijk van mensen die zelf geen poot kunnen dansen. Het gebeurt zelfs uitzonderlijk dat er zulke groep onbevoegden naar ons illustere dansoord afzakt, ze willen dan met een groot gevoel voor overacting (lees: minachting) onze danskunsten belachelijk maken, de drank is uiteraard hun belangrijkste bondgenoot.

Het is duidelijk dat ze ergens van een links en/of progressief feestje komen of van een platte pensenkermis voor de volkse bourgeoisie. Hun bokkensprongen die ze in De Kroon komen maken gaan steeds rapper (dan ze verwachten) compleet de mist in, ze worden gewoon weggedanst door de habitués, de vaste klanten die haast allen probleemloos en met de ogen dicht het eenvoudige niveau van (bijvoorbeeld) de sporadische trouwfeestdansers ver overklassen. We hebben zo al een paar horden zatte nonkels en tantes zien afdruipen, De Kroon en zijn gewoonlijk volk dient niet om weggehoond te worden, wie er iets wil bewijzen, mag ten alle tijd zijn kans gaan, maar daarvoor moet je wel een minimum kunnen dansen en de meeste mensen die wij er kennen, kunnen dat maximaal. Dus weg met de beschonken grapjassen – vaak komende uit de weldenkende en omlaagkijkende burgerij – die er met manke poten hun valse parodie komen ophinken. Eerst leren dansen alsjeblieft.

Nathalie en ik gaan twee tot drie keer per week naar De Kroon, het is telkens alsof we voor een half dagje op vakantie vertrekken. Enkel vrijdagavond slaan we over, dan is het party time voor een duidelijk jonger publiek, niks mis mee, de kassa mag rinkelen, wij willen ook niet de minste kritiek hebben op onze favoriete danszaak. Elke deejay heeft bovendien zijn eigen specifiteit, ons respect hiervoor. En nog meer ontzag hebben wij voor de drie uitbaters, het was een waar huzarenstukje voor die straffe gasten om zulk iconisch dansbedrijf vorig jaar over te nemen.
Ze hebben er “lijf & leden” van zoveel dansadepten mee gered, wij zijn zo dankbaar voor dit swingende medicijn – een rockend en soms slowend – levenselixir, dat wij ons mogen toedienen, het smaakt iedere keer naar zoveel meer.

De Kroon behoort tot het Vlaamse cultuurpatrimonium, het is een bedevaartsoord geworden (in Scherpenheuvel notabene) voor onze armen en onze benen, voor ons hart vooral, wij gaan er voor de zwier en het plezier, we willen er graag honderd jaar worden, liefst te samen, als een paar dat zich zo diep mogelijk de liefdessymbiose in danst, op de prikkelende tonen van muziek die nooit stilvalt. Mooi toch.

PS: voor elkeen die met een pakketje zorgen zit, waag eens de eerste stap naar deze danstempel, je kan er meteen opgenomen worden in een zee van dansers die geloven… in een beter en plezanter leven, het swingt er zo hevig dat je er problemen vergeet, dat weten wij zeker!