Toen ik in de zomer van 2006 verhuisde van Kessel-lo naar Leuven, nam ik mijn toenmalige echtgenote niet mee, ik besloot om alleen te gaan wonen, beter voor een gerust gemoed, het gaf me een goed gevoel, eindelijk baas in eigen hart en hoofd. Ik dacht aanvankelijk dat ik ongehinderd de versiertoer kon opgaan, maar dat deed ik dus manifest niet, ik genoot in stilte van het alleen zijn, ongestoord door alle heisa van de buitenwereld. Als ik op het terras van mijn nieuwe studio zat, zag ik wel vaak hoe rumoerig het er bij de buren aan toeging. Het was precies alsof daar een blank en niet onknap vrouwtje huisde dat permanent omringd was door een bende negers, soms wel tien tegelijk, variërend in leeftijd tussen 30 en 50 jaar. Die zwarte gasten maakten kabaal voor honderd, ze voerden geen conversatie over en weer maar riepen (tierden soms) door mekaar, het dametje zat er altijd druk gesticulerend tussen, ze had blijkbaar veel plezier in de meervoudige belangstelling waarvan ze als (zo te zien) begeerd vrouwtje mocht genieten. Vaak lag ze er in haar bikini bij, terwijl de negers er in hun Afrikaanse slip rondliepen. Ik kreeg daar een permanent exotisch tafereel voorgeschoteld dat explicieter leek dan een avonturenfilm over Congo, alleen de speren leken te ontbreken, alhoewel, in die zwarte onderbroeken bewoog wel het een en ander. Het was alsof die donkere mannen constant rond hun blanke madam dansten, om beurten verdween zij met een van die gigoloïaanse Afrikanen naar achter, bevond zich daar de keuken of de slaapkamer, was het porno à gogo en werd daar continu geneukt?
Niet veel later heb ik dat toch wel speciale vrouwtje persoonlijk leren kennen, ze sprak mij gewoon aan op straat en zei vlakaf: awel, van u hier terug te zien! Ik stond perplex, ik wist in de verste verte niet waarover ze het had, ik bleef sprakeloos, zelfs geen begin van antwoord kon ik verzinnen. Ze lachte schalks en hielp mij: toen ze 16 jaar was had ik op een fuif in Baalrode stevig met haar geflirt, ik moet toen 18 jaar geweest zijn, het was een sexy romance van één avond geworden, net geen one night stand, want we spraken in die tijd nog geen Engels. Haar naam was Lola, inderdaad, alle beelden kwamen terug, een fris maar frêle tienermeisje met prille borstjes en pikante billen en benen onder een extra kort minirokje. Met een licht schaamrood op de wangen excuseerde ik mij voor deze vergetelheid, zeer gênant dat ik deze volwassen Lola – met haar hier lachend en haast aangeboden lichaam voor mij – zoveel jaar geleden gestreeld had, het leek nu alsof ik indertijd strafbare feiten pleegde. Gelukkig hielp zij mij uit deze patsituatie, ik mocht meteen bij haar op de koffie komen, ze was nog alleen, haar negers sliepen immers, die kwamen vooral ’s avonds en ’s nachts, bleven meestal tot ’s ochtends. Met één van hen was ze zelfs… getrouwd, niet uit liefde hoor, maar zo waren zijn verblijfspapieren in orde geraakt, hij was Belg geworden, hij wou ook kinderen met haar, dat was een erezaak voor zo’n Congolees. Zijn eigen vader was een stamhoofd met vier vrouwen en twintig kinderen, extreem kostelijk, maar een seksuele prestatie die erg prestigieus was, want kroostrijk aanzien betekent alles in Afrika, zo vertelde Lola me. Maar zij vond zich reeds te oud als vrouw om nog aan kinderen te beginnen, de zwarte echtgenoot-verwekker kon ook geen geld meer op tafel leggen, door het schijnhuwelijk was zijn spaarpot geplunderd. De man bleef evenwel volharden, deed drie jobs tegelijk om witte euro’s te kunnen vergaren en spoot ondertussen zijn zaad in het wilde rond, hij moest en zou kinderen krijgen, hiermee bedoelde hij: zonen (!), want dochters waren ballast. Af en toe kwam hij nog overnachten bij Lola, hij bracht dan zijn vele kameraden mee, vrienden en kennissen, collega’s, nonkels en neven, aangetrouwde familie en hun jong volwassen kinderen, al wat zwart was en van het mannelijke geslacht kwam langs bij Lola. Ze moesten hun pyjama niet mee hebben om te blijven slapen, hun edel deel volstond, want dat gaf ze eerlijk toe: ze lustte er wel pap van, want once you go black, you never come back.
Ik verkies om dit zwaar erotische verhaal over de zwarte seksescapades van Lola niet in al zijn gore details verder te vertellen, maar toch dit: ik ben er meer dan één keer op een vroege middag toegekomen dat er in de inkomhall van haar luxueuze appartement de (gebruikte!) condooms gewoon op de vloer lagen, hier en daar in een zetel of zelfs op de grond sliep een blote neger en zij zelf liep er dan als een nog halfdronken sloerie bij. Om maar te zeggen: die periodieke drank- en seksfeestjes maakten van Lola – in het dagelijkse leven een aantrekkelijke en kokette dame – een verlept geval, ze zette als voornaamste troefkaart in: haar niet te stillen honger naar de laagste hoerigheid. Ze deed daar evenwel niemand kwaad mee, maar ik wees er haar toch dikwijls op dat ze zoveel meer uit haar leven kon halen, en al was ik zelf geen onbeschreven blad en niet onverschillig voor wat frivool plezier, toch heb ik haar steeds kordaat afgewezen als ze iets insinueerde of zei in de zin van: kom hier bij mij, blijf nu even of voor altijd, gij moogt mijn witte neger zijn.
Ik weet wel dat mijn gewezen echtgenote haar één keer erg gewillig geweest is, die had zich laten meeslepen om zo bloot mogelijk te figureren op een wild feestje van negeriaanse aard. Ik weet (van Lola) dat het toen flink uit de hand is gelopen, de drank beviel nog wel en de zwarte handjes enzo ook, maar plots waren er dikke joints, dat bleek niet hanteerbaar voor mijn ex-vrouw, met als venijnig resultaat achteraf: die was pisnijdig op… mij, terwijl ik sober in mijn eigen appartementje was gebleven, ik was zelfs niet uitgenodigd, gelukkig, ik onthield me principieel van zulke orgieën wegens mijn consequente geheelonthouderschap. Oké, ik kwam niks te kort, maar ik hield het privé en deed het liever niet in het zwart.
Om dit vrij decadent relaas hier af te ronden: Lola heeft me een paar jaar geleden drastisch verbannen uit haar vriendenkring.
Ze stelde met lede ogen vast dat ik definitief en zeer liefdevol verankerd was met het angelieke Nathaliefje. Dat was haar zwaar op de maag gevallen, plots was ik volkomen uit haar gratie. Zij noemde mijn toekomstige echtgenote de witte spin in mijn web. Jawel.
Ironie van al deze lotgevallen: zwart is de lievelingskleur van mijn blonde huwelijkspartner, volgens ons een gezonde combinatie. Straffer nog, de rancune bij Lola zat zo diep dat ze verhuisde. Conclusie, erg rustig vinden wij dat nu, geen tumult meer met die Afrikaanse jungle vlak in de buurt.