Aan mijn nonkel Hervé ken ik retroactief de titel toe van eerste rockster in Becquevoort, en zelfs bij uitbreiding in het Hageland.
Hij was de slechts vijf jaar jongere broer van mijn vader, maar behoorde toch al tot een andere generatie. De kloof tussen hen beiden liep langs het einde van het landelijk verarmde Vlaanderen en het opkomend materialisme met de weldaden van de consumptiemaatschappij. Mijn vaders groei werd nog geknakt door het harde labeur op het veld en in de stallen, nonkel Hervé beleefde reeds de opkomst en bloei van het overgewaaide Amerikaanse welvaartsmodel. Hij was meteen een kind van de moderne tijd, met inbegrip van de hippe fifties kledingstijl, het ontluikende zelfbewustzijn van jongeren plus de sociale en seksuele revolte die werd opgepikt vanuit de nieuwste wilde muziek, ontvoogdend en erotiserend tegelijk: de rock and roll. Dat was de strakke ritmische dreun die overal luid en onstuimig uit de fluo-kleurige juke-boxen knalde. De dansvloer werd het zwoelste slagveld.
Hervé was 17 jaar in 1954. Bill Haley bracht op 14 april van datzelfde jaar Rock around the Clock uit. Officieel wordt dit 45-toerenplaatje, een single, als het eerste rocknummer erkend, wat niet helemaal klopt, de prilste rocksound diende zich al vier jaar eerder aan. Maar de overhitsige wereldhit van Haley schonk wel de perfecte soundtrack aan rebelse jongeren, de rood-erotische loper werd uitgerold voor the rock king Elvis Presley en… onze nonkel Hervé uit Becquevoort. Toeval of niet, ik zag het levenslicht anderhalve maand na de geboorte van de rock and roll.
Had ik een voorgevoel gehad? Ik vind wel dat mijn babytiming erg exact was, want van in de pampers kreeg ik de sociale smaak mee voor opstand en dansen, voor vrolijke revolte en swingende liefde.
Nonkel Hervé deed me alles voor, reeds als kleuter had ik zo een flamboyant rolmodel. Hij was de knappe jongeman die kleur & fleur bracht in een doffe katholieke streek, een regio van overspelige pastoors en geile begijntjes, maar waar alles wat leuk en opwindend was in den duik moest gebeuren, inclusief het neuken (het woord bestond nog niet, de daad wel). Hervé danste zich doorheen de taboes van dat gesloten leven, hij trok alle registers open, zwierde met armen en benen, liet de meisjes kronkelen onder zich. In mijn verste herinnering zie ik hem nog bezig met twee sexy grieten (hij vond het trio uit)), hij pakte ze tegelijkertijd, legde ze één voor één neer, streelde ze dicht tegen zijn gilee terug omhoog. Ze bezweken net niet onder zijn rockende bewegingen, het ganse café keek toe en applaudiseerde.
Ik besefte – als onschuldig jongetje – op dat allerunieke moment: dit is een ervaring van intuïtieve zingeving en indirecte waarheid.
Een oerinstinct in mij ontwaakte, dit raakte aan een overweldigende belevingswereld. Het warmste mensgevoel in mij werd wakker, mijn buik begon te bruisen. Ik was in de lokale versie van de rockrevolte aanwezig geweest. Ik dans er – zovele decennia later – nog altijd rond: samen met mijn sexy geliefde.
Nonkel Hervé was ongewild mijn grote voorbeeld geworden, hij had ieder juk van zich afgeworpen. Zonder druk koos hij rockend voor zichzelf: een leven zonder ketens. Geen enkele verknechting, trots en rechtop. Correctie, hij werd fantastisch geholpen door een mooie madam. Nadat hij er twintig of vijftig vriendinnen had op nagehouden, botste hij op die éne ware vrouw. Ze was hem blijvend trouw, ook als zijn rock and roll later begon te falen, zeker toen de drank toesloeg. Hij verteerde gretig wijn en schnaps, doorspoeld met liters bier, in een mist van rokersdoemp.
Op zijn 25ste zei Hervé tegen mijn pa: ik werk nooit meer voor een baas. Hij werd eerst haarkapper, met zelfstandige zaak, daarna opende hij een meubelwinkel in Leuven. Die handel werd een gigantisch succes, nonkel deed na een tijdje enkel nog de public relations, vooral in cafés.
Tante werd de schone draaischijf van de droomcommerce die haar man had bedacht. Hervé paste in zijn bedrijf innoverende rock and roll methodes toe, hij vond de show op verplaatsing uit, huurde parochiezalen af en stalde daar zijn waar, extern en expliciet, ten gerieve van steeds weer een ander thuispubliek. Hij was zelf de attractiepool, in strak kostuum vatte hij post aan de ingang, met zijn charmante glimlach klaar voor elke klant, haast allemaal vrouwen jong en oud, ze waren dol op hem, de rockende ladysman. Tante liet begaan, tja… Rond hun vijftigste waren ze ‘binnen’ en verhuisden ze naar de ‘buiten’: ze verbouwden het boerenhuis van mijn grootouders tot een landelijk herenpand – Naast hen woont een nichtje met haar partner, in een chique villa, het zijn weliswaar twee rabiate communisten (die het geld willen gaan halen waar het zit, zie hun programma: bij de rijken!) –
Beste nonkel, pas op, lieve tante, kijk uit, let op uw zuur verdiende centen, mijd uw naaste buren, die pikkendieven.
Ik weet momenteel niet hoe het mijn nonkel gaat, ik vang slechts verre echo’s op. Hij drinkt dapper door, berichten sommigen mij, hij rijdt nog strompelend maar rockend voort, hij baant zich een weg, vervaarlijk met zijn rollator, kwaad op het einde van zijn bestaan, onklaar voor de dood die hij niet nakend wil noemen. Zoveel geruchten, ik hoor hem zuchten.
Mijn schone beeld van de nu bejaarde man blijft niettemin ongeschonden: hij stak zijn middenvinger op naar alle gezapigheid van een onderdanige kruipersmentaliteit. Fuck you society, weg met de lijdzame maatschappij! Hij rock and rollde zijn eigen lot, het dwarse pad. Hij heeft het gemaakt, niet alleen financieel, maar vooral mentaal: hij durfde voluit voor zijn dromen te gaan, hij reikte naar elke ster aan het firmament, hij plukte de rijpe vruchten van zijn durf. Of hij nuchter is of niet, hij krijgt mijn blijvend respect.
Hervé was een wilde jongen van de rock and roll, maar ook een gezond kind van het kapitalisme. Hij hield beide rollen glansrijk vol.
Als hij op een dag zijn kop legt, dan speel ik voor hem de klok rond deze ode aan de dwarse opstand van een dansman:
Voorbeeld, wie volgt hen na….
Tja Bruno, relevante opmerking…