Want hoe meer ik me, vijfenvijftig jaar na ondergang van het Derde Rijk, met dit onderwerp bezighoud, hoe duidelijker het wordt dat het niet gaat om de vraag of men te lang aan iets herinnerd is en of dat er nu een eind aan moet komen. Het gaat erom dat het nationaal-socialisme op een bepaalde manier vragen heeft beantwoord. De antwoorden heetten antisemitisme, xenofobie, jongerencultus, lichaamscultus, levensovertuiging, verlichting van de kleine man, vijandigheid tegenover intellectuelen en politieke onverschilligheid. De nazi’s hebben ze in hun meest extreme vorm geformuleerd. Zo zal het niet meer gebeuren, maar de antwoorden zijn nog altijd actueel. Als het waar is dat het communisme op het gebied van arm en rijk aan actualiteit nooit zal verliezen, dan geldt dat ook voor het fascisme.