Mr. Jones begint en eindigt met de Britse schrijver George Orwell, die zijn meesterlijke satire op het communisme aan het schrijven is: Animal Farm. Hij wil een simpel dierenverhaal vertellen dat iedereen begrijpt. Je moet echter tussen de regels lezen want onze toekomst staat op het spel, waarschuwt hij in het begin van de film.
Afkeer van stalinistisch communisme
En Orwell kon het weten. Of hij de informatie over Stalins Holodomor — Oekraïens voor ‘moord door honger’ — nu gekregen heeft van Gareth Jones zelf of van zijn goede vriend Malcolm Muggeridge, doet er niet toe. In tegenstelling tot zijn tijdsgenoten geloofde Orwell Jones wel. Diens hallucinante verhaal over de afschuwelijke, kunstmatig opgewekte hongersnood op grote schaal georganiseerd door de Sovjetleiding zelf, maakte een grote indruk op Orwell. Een genocide van eigen volk zo weerzinwekkend onmenselijk dat je je afvraagt waarom, naast de swastika, ook de hamer en sikkel later als symbool niet verboden werd.
Orwell was niet de salonrevolutionair die op zijn pantoffels vanuit zijn studeerkamer schreef over wat anderen beleefd hadden. Nee, zoals collega Ernest Hemingway was hij in 1936 tijdens de Spaanse burgeroorlog gaan vechten aan de zijde van de republikeinen, tegen de nationalisten van Franco. Een kogel van een scherpschutter ging dwars door Orwells hals en miste zijn slagader op een millimeter. Het verslag van zijn ervaringen schreef hij neer in Saluut aan Catalonië. Na een tijd keerde hij gedesillusioneerd terug. Hoewel zijn antifascisme nog steeds sterker was dan zijn anticommunisme, waren de kiemen gezaaid voor zijn afkeer van de stalinistische vorm van communisme. Die afkeer werd ook de voedingsbodem voor zijn dystopische toekomstroman 1984.
Brechtiaans vervreemdingseffect
Het is een verstandige vondst van de Poolse scenariste Andrea Chalupa, journaliste en auteur van Orwell and The Refugees: The Untold Story of Animal Farm, om de nobele onbekende Gareth Jones aan de gerenommeerde Britse schrijver te linken, beiden integer, onkreukbaar en gerespecteerd.
Chalupa, wier grootvader opgroeide tijdens het Stalinregime en daarna als politiek gevangene werd gemarteld in geheime NKVD-gevangenissen, onderbreekt tot vier keer toe de filmactie om het tragische gebeuren met Gareth in het grotere perspectief van Animal Farm te plaatsen. Het werkt als een soort Brechtiaans vervreemdingseffect: geen liedje, maar Orwells tekst wordt gelezen en doet ons reflecteren over het gebeuren. Zo wordt de biopic in een groter, historisch kader geplaatst. Tot het cynische einde waar het afschuwelijke dictum ‘Alle dieren zijn gelijk, maar sommige zijn meer gelijk dan andere’ waarheid wordt. ‘De dieren keken van de varkens naar de mensen en van de mensen naar de varkens, maar het was al onmogelijk te zeggen wie wie was.’
Geen stereotiepe machojournalist
Het eerste argument waarom u Mr. Jones echt gezien moet hebben? De film wil niet de zoveelste stereotiepe macho journalist ten tonele voeren, maar vertelt het verhaal van een fatsoenlijke, moedige, intelligente, gewetensvolle jongeman.
Toch is het ook geen hagiografie van de ridder op het witte paard. Daarvoor is Gareth te roekeloos en heeft hij te veel bravoure als klokkenluider. Hij is geen schrijver in de stijl van Hemingway, maar veel meer de onconventionele reporter die niet drinkt, geen copieuze maaltijden consumeert, geen drugs gebruikt. Maar dan wel verzen citeert uit het middeleeuws gedicht The Battle of the Trees — het Welshe Cad Goddeu — over een tovenaar die de bomen laat meevechten tegen de vijand.
Fake versus authentiek nieuws
Gareth Jones kan je best vergelijken met Franz Jägerstätter, de diepgelovige Oostenrijker uit A hidden life die tien jaar na Gareth als gewetensbezwaarde weigert de Hitlereed af te leggen. Gareth en Franz zijn twee voorbeelden van menselijke moed en fatsoen, van integere mensen die hun geweten volgen. Ze zwichten niet voor de dwang van hun corrupte omgeving. In Mr. Jones wordt die verpersoonlijkt door de antipode van de idealistische Gareth: de dubieuze, ongure, opportunistische New York Times-correspondent Walter Duranty, ‘Onze Man in Moskou’.
Een jaar eerder had Duranty nog de prestigieuze Pulitzer Prize in de wacht gesleept. Die heeft hij, volgens de allerlaatste informatie op de eindgeneriek, nooit moeten inleveren. Er wordt geen verklaring gegeven voor het onethisch en decadent gedrag van de man die in zijn bloot gat rondloopt en Gareth maar saai vindt. ‘Praten met een naakte Pulitzerprijswinnaar op een seksparty zou ik nu niet bepaald saai noemen’, riposteert Gareth.
Of is Walter Duranty bang dat zijn kinderen — zijn zoon wil geen Engels leren — gegijzeld zullen worden als hij de waarheid spreekt over Stalins zogenaamd geslaagde vijfjarenplan? Voor Stalin was het een klein kunstje om een tegenstrever als Trotsky uit te wissen. Even gemakkelijk als het weglaten van Mohammeds naam uit canto 28 van de recente Nederlandse vertaling van De Hel, waarin Dante de profeet, ‘gespleten van zijn kin tot aan zijn reet’, in de negende hellering plaatst. Voor de buitenwereld was Duranty’s fake news in ieder geval veel minder confronterend dan Gareths authentiek nieuws!
Grandioze cinematografie
Gareths ontdekking van het ethisch bankroet van de samenleving wordt door acteur James Norton met weinig woorden en erg low key weergegeven. Zijn psychologische gemoedsgesteltenis wordt echter mee ondersteund door een zeer persoonlijke visuele stijl.
Dat is dan de tweede reden om deze prachtfilm te zien. Mr. Jones praat niet over de Holodomor, maar toont de gruwelen ervan. De verlaten dorpen, de dode lichamen, het kannibalisme. Mr. Jones is een film van contrasten: het kleurrijke Metropoolhotel met zijn overvloed aan eten, tegenover de kleurloze scènes in Oekraïne waar men soep eet van boomschors en … mensenvlees.
Holocaust versus Holodomor
De Holocaust blijft een onuitputtelijke inspiratiebron voor films. Soms voor filmparels als Son of Saul (2015), The Pianist (2002), Schindler’s List (1993) of Au revoir les enfants (1987). Soms voor interessante discussiefilms als Denial (2016), Phoenix (2014), The Reader (2008), The Boy in the Striped Pajamas (2008), Die Fälscher (2007), Amen (2002), Sophie’s Choice (1982) en The Pawnbroker (1964). En af en toe voor een komedie als La Vita è bella (1998) en recent Jojo Rabbit (2016). Vaak echter ook voor banale exploitatiefilms met als schijnbaar motto ‘There’s no business like shoah business.’
Ook Agnieszka Holland, van vaderskant Joods, maakte drie verdienstelijke Holocaustfilms die je zeker geen formulefilms kan noemen: In Darkness (2012), Angry Harvest (1985) en Europa Europa (1990), gebaseerd op het autobiografische boek Ik was Hitlerjongen Salomon van de Jood Sally Perel. Als lid van de Hitlerjugend wist Salomon het nationaalsocialisme in Duitsland te overleven. Geen wonder dus dat haar films naar het politieke en historische neigen.
Karel Deburchgrave – Doorbraak – 2 april 2021