tussendoor geschoven gedicht
je zal het zand overwinnen
het water weren
de wind bedwingen
je schopt je schoenen uit
je voeten worden licht
je adem blaast je voort
je vindt de nieuwe woorden
voor een oud geloof
dat dieper dan de bodem
in …
Schrijven uit liefde, om het leven te vieren. Om de vrijheid en de blijheid gelijk te geven. Om de dood te weren, om met woorden onze dromen te realiseren. Ik schrijf haar teder neer, om hier bij haar te blijven, met het lichaam van mijn taal. Zij begeeft en bekent, ze tekent present.
je zal het zand overwinnen
het water weren
de wind bedwingen
je schopt je schoenen uit
je voeten worden licht
je adem blaast je voort
je vindt de nieuwe woorden
voor een oud geloof
dat dieper dan de bodem
in …
Omdat ik af en toe
dwangmatig vaak
haast altijd aan je denk
word ik bijna niet zot —
waarom toch deze ingekeerde
symmetrie – de spiegelzielreflex
in copy/paste van half je geest?
— dat ik je angsten deel
— je …
Het huis staat nu leeg
de muren duwen
de laatste lucht weg
de ramen zitten strak
verstard in hun jongste lach
de kramp komt uit de kamers
aangewandeld als de nieuwe dood
Het dak stort langzaam in
je werpt een …
Je bent een grondig aardse vrouw
doorwrochten van het vruchtbaar veld- en
akkerwerk een warme stalmeid en een weide-
kind je wieg bevond zich in het trotse stro je haar
was nuchter blond als hooi je stond met haan en …
Het café in de Marollen
was getuige van ons universum
pas geschapen en beklonken
met een glas donker woordfruit
waarop een schuimkraag dreef
die zwalkte en zweeg van ontzag
voor onze wederzijdse klaarte
jij droeg een feestkleed en een ketting…
Wat wil je dan
moet ik een tapijt uitrollen
de vloer plaveien met pralines
bloemen strooien en nog meer hooi
op mijn schouders nemen om mijn vork
te kunnen prikken in jouw ontbijtbord
nadat we de nacht doorbrachten in hotel …
En blablabla de woordjestaal
een broek vol stijve handel
en een groot pak goesting
maakt soms poëzie
van lingerie en fruit
van oude marchandise
en verse vrouwen waar-
naar mannen schrijven
met hun pen en fluit ……
Natuurlijk is mijn belangstelling
niet belangeloos
noem ze gerust bangelijk
want ik zet je leven op zijn kop
ik kom nader als een dief
bij dag
bij nacht verslind ik je lichaam
niet je geest noch je ziel
pak ik …
Wat moet een dichter met zijn winter-
tranenklep of met zijn lente-
kriebels doen
Ik stukken hakken en vermalen
tot een brij
die slijm en sporen van zijn lijden
of intense blijheid wist
een kip-kap tekst mee bricoleren
zonder veel …
Zo onverteerbaar wreed
was de schoonheid
die Claus creëerde
toen hij vertrok
Veerle waar zijn mijn sloefen
Veerle een zakdoek alstublieft
Veerle vergeet niet te wenen
Hij smoorde nog een sigaret
of tien die voormiddag en
dronk een fles Bollinger …