Leopold III, zijn leven, zijn betekenis
Als reactie op de heftige kritiek van de Belgische en de Franse regering op zijn politiek wil Leopold zich rehabiliteren. Hij doet daarvoor een beroep op kardinaal Van Roey. Die roept in een herderlijke brief van 31 mei 1940 de Belgen op zich eensgezind rond de koning te scharen. De kardinaal neemt het op voor de koning, zet zich impliciet af tegen de regering en rept met geen woord over de Duitse agressie. Van Roey prijst Leopold III de hemel in. De bevolking is begeesterd door de herderlijke brief en draagt de koning op handen. De kardinaal zal overigens bij alle gelegenheden politiek bemiddelen en de koning door dik en dun verdedigen, ook bij de afwikkeling van de koningskwestie na de oorlog.
Met de capitulatie is er volgens Leopold feitelijk een einde gekomen aan de oorlog. Nu het land bezet is, valt België terug op zijn neutraal statuut. Als het zich daaraan strikt weet te houden, zullen noch de geallieerden, noch de Duitsers België ook maar iets kunnen verwijten, wat ook de afloop van de oorlog moge zijn. Aanvankelijk denkt Leopold overigens dat de oorlog op het continent spoedig afgelopen zal zijn en dat Duitsland voor lange tijd de hegemonie over Europa zal verwerven. De koning legt zich neer bij de Duitse suprematie. Als België een plaats wil krijgen in dat Duitse Europa, moet het een deel van zijn soevereiniteit en zijn onafhankelijkheid opofferen en zijn democratische beginselen afleggen. Daarover maakt den koning zich geen illusies en met dat laatste heeft hij overigens geen enkel probleem.