De nieuwe zedigheid: we worden steeds preutser
Artikel uit Knack dd. 10/05/2016 – redactrice Ann Peuteman
Jongeren weigeren om na het sporten naakt te douchen, vrouwen durven niet meer topless te zonnen en werkgevers eisen dat hun personeel zich deftiger kleedt. Een nieuw soort preutsheid wint steeds meer terrein. En echt niet alleen onder allochtonen. ‘De slinger is te ver aan het doorslaan.’
Haar topjes zijn hem te strak en haar rokken te kort. Dat heeft de nieuwe kantoordirecteur aan Leen (38) een paar maanden geleden via e-mail laten weten. Meer dan tien jaar werkt ze al in het filiaal van een grote bank in een West-Vlaams dorp. Nooit kreeg ze kritiek. Noch op haar werk, noch op haar outfits. Maar nu eist haar baas dat ze zich ‘deftiger en gepaster’ kleedt om mannelijke cliënten niet van de wijs te brengen. Leen kan wel door de grond zakken van schaamte.
Niet alleen bankdirecteurs hebben het dezer dagen al eens moeilijk met de weinig verhullende kleren van hun personeel. In steeds meer bedrijven worden werknemers met een minirok, diep decolleté, korte broek of tanktop al dan niet discreet tot de orde geroepen. Zeker als ze met gasten of klanten in contact komen. ‘Nog niet zo lang geleden kreeg ik een klacht binnen van een werkneemster van een gemeentelijk kinderdagverblijf. Van haar nieuwe baas moeten de rokken die ze draagt vanaf nu vijf centimeter langer zijn’, zegt vakbondsman Willy Van Den Berge van ACOD Lokale en Regionale Besturen. ‘Ik vermoed dat de kledingregels ook elders strikter worden. Mensen klagen daar waarschijnlijk weinig over omdat ze niet graag toegeven dat ze zich volgens hun werkgever niet fatsoenlijk kleden.’ Wordt de dresscode in de praktijk rigider, dan schrijven bedrijven dat meestal niet in het arbeidsreglement in. Diensthoofden en personeelsdirecteurs spreken er hun medewerkers persoonlijk over aan of sturen een e-mail rond. Zoals onlangs nog in Amsterdam, waar een vrouwelijke teamleider alle medewerkers van het stadsloket in de wijk Osdorp aanschreef: ‘Vanaf heden wil ik de afspraak maken dat dames een rok of jurk dragen die niet korter is dan net boven de knie. Ook knielaarzen vind ik niet gepast aan de balie.’ Dat de nieuwe zedigheid zelfs doordrong tot in Amsterdam, nog niet zo lang geleden de stad van vrijheid blijheid, haalde de internationale pers.
Hoewel aansporingen om zediger gekleed te gaan doorgaans zowel voor vrouwelijke als voor mannelijke werknemers zijn bedoeld, zijn het in de praktijk toch vooral vrouwen die zich moeten aanpassen. ‘Ook mannen probeert men normen op te leggen op het vlak van uiterlijk en naaktheid, maar veel minder dan vrouwen’, zegt professor Chia Longman van het Onderzoekscentrum voor Cultuur en Gender van de Universiteit Gent. ‘Het zijn ook vooral vrouwen van wie wordt verwacht dat ze er neutraal uitzien. Soms wordt hen verboden om zich te bedekken, met een hoofddoek bijvoorbeeld, soms wordt net geëist dat ze zich méér bedekken.’
Dat gebeurt ook in scholen, waar meisjes steeds vaker worden berispt wegens hun korte rokken, blote buiken of laag uitgesneden bloesjes. In het reglement van veel scholen staat alleen dat kleren ‘niet aanstootgevend of opzichtig mogen zijn’ of dat ze ‘aan de fatsoensnormen moeten voldoen’. Zo’n dresscode is dus voor interpretatie vatbaar en kan op elk moment veranderen. Tot een paar jaar geleden volstond het meestal dat pubermeisjes een rok droegen die hun slip bedekte en geen al te diep decolleté hadden, maar tegenwoordig weren sommige scholen ook naveltruitjes en T-shirts met spaghettibandjes uit de klas.
Besmettingsgevaar
Soms zijn het de leerlingen, of hun ouders, die zich van hun preutste kant laten zien. Steeds vaker weigeren jongeren, zowel allochtonen als autochtonen, om na de turn- of zwemles naakt te douchen. Ook in veel sportclubs staan tieners tegenwoordig in hun zwembroek of onderbroek onder de waterstraal. ‘Dat soort gedrag kan besmettelijk zijn’, zegt Erika Frans van Sensoa, het Vlaams expertisecentum voor seksuele gezondheid. ‘Douchen een paar kinderen in hun ondergoed, dan voelen de anderen zich al snel bekeken. Op den duur kiezen er steeds meer voor om hun broekje aan te houden, tot dat de gewone gang van zaken wordt.’
De ene keer zijn het ouders die klagen dat hun kinderen naakt de doucheruimte in moeten, de andere keer zijn het de kinderen zelf die niet meer in hun blootje bij elkaar willen staan. Of bij hun leerkracht. Dat ondervond een balletlerares die zich al bijna dertig jaar over zes- en zevenjarige danseresjes ontfermt. Voor de les kleedde ze zich vaak samen met haar leerlingen om. Dan kon ze hen helpen als ze het moeilijk hadden met ritsen, knopen of kousenbroeken. Nooit had iemand daar problemen van gemaakt. Tot vorig jaar. Een vader reageerde ontzet toen zijn dochtertje hem wist te vertellen dat de juf een donkerblauwe beha met strikjes droeg. Hij stapte naar de directie van de dansschool en de lerares kreeg een uitbrander. Nu kleedt ze zich in een apart hokje om. Ook in jeugdbewegingen kunnen begeleiders zich op dat vlak steeds minder veroorloven. Zelfs naaktzwemmen tijdens het zomerkamp is er niet meer bij, want ze zouden wel eens door een van de kinderen kunnen worden betrapt. ‘Bij Sensoa krijgen we geregeld vragen van mensen die willen weten wat kan en wat niet’, zegt Erika Frans. ‘Ons advies is altijd dat een situatie niet meer oké is zodra iemand zich eraan stoort of zich er ongemakkelijk bij voelt.’
Zelfs op het strand gedragen mensen zich preutser dan vroeger. Bijna niemand zont nog topless, minder en minder ouders laten hun kleuters zonder zwembroekje rondlopen en steeds meer gemeenten weren schaars geklede badgasten van hun dijken en uit hun winkelstraten. Zo zet Oostende straks voor het tweede jaar op rij het Beach Team in. Niet alleen om verdwaalde kinderen te onderscheppen en zonnekloppers te kapittelen als ze afval naast de vuilnisbak gooien, maar ook om mensen tegen te houden die in bikini of blote bast door het stadscentrum kuieren. ‘Om hygiënische redenen hebben onze horeca en handelaars niet graag dat mensen in ontbloot bovenlijf op hun terras zitten of in hun winkel rondlopen’, klinkt het bij het stadsbestuur.
Soms wordt de politie erbij gehaald. Onlangs nog werd een wijkagent gealarmeerd door een jong stel dat pas in zijn gemeente was komen wonen. ’s Ochtends schoof hun buurman, een jonge veertiger, de gordijnen wel eens open voor hij zijn kamerjas had aangetrokken. Als ze op dat moment toevallig helemaal achter in hun tuin waren, konden ze hem voor het raam zien staan. Naakt. Onoorbaar vonden ze dat. Vorige zomer was de uitbaatster van een brasserie dan weer over haar toeren omdat de bouwvakkers die aan de overkant aan het werk waren op warme dagen hun T-shirt uittrokken. Heel onaangenaam voor de klanten op haar terras, vond de vrouw.