Meer dan tien jaar geleden maakte ik in de virtuele wereld kennis met een statige dame. Ze leek me van aristocratische afkomst, één en al noblesse. Op zekere dag stuurde ze me een foto, een gestileerd zelfportret,
het leek eerder een schilderij. Ik was een beetje sprakeloos, zo fragiel, zo mooi en met zoveel klasse.
Dit was een vrouw van een niveau die het gewone en volkse ruimschoots oversteeg. Hier kwam de hogere adel aankloppen bij de jongen die was groot geworden op de straat. Tegen zoveel weelde had ik maar één verweer,
ik kroop in mijn poëtische pen en verwelkomde haar in een breed geëtaleerd gedicht. Ik paste voor directe erotiek
en prees vooral de esthetica, ook van haar geest, in mijn lyrische regels.
Valentina, zo heette deze koningin van het geschilderd portret, reageerde haast emotioneel, ze was compleet overweldigd door mijn woordenspel. Een hele eer voor mij, ik oversteeg voor een eerste keer de drempel
van de seks en mikte naar een hart dat meer beloofde dan wat snel gespartel.
De anti-climax was dat het reeds bij mijn nobele intentie is gestopt. Valentina bleek een man te hebben, een graaf of een baron van het zoveelste knoopsgat. In hun kringen werd niet aan overspel gedaan, zelfs niet platonisch, zij had slechts een korte opstap naar buiten gezet, op het internet van de riskante relaties. Het was meteen raak geweest, volgens haar eigen woorden, en mijn ijdelheid was gestreeld, maar daar bleef het bij. Exit Valentina.
Wat heb ik een ongelooflijk geluk gehad, die schoonheid was aan mij voorbijgelopen. Tien jaar later scoorde ik zoveel hoger. Ik zag Nathalie en ik wist: dit is mijn koningin van de grootste liefde. Lady Valentina werd al snel een verre geschiedenis.
Toch nog even dat gedicht weergeven. Een streepje nostalgie, niet meer.
Ik had haar eervol neergeschreven, zoals Nathalie haar hier ‘overtekende’.
De planeet van lady Valentina
Je poseert gedistingeerd. Je wordt portret.
Ik ken je niet, tenzij (misschien) van ziens.
Ik lees je beeldentaal. Jij tekent een gebaar
met ogen die intiem gekeerd zijn in jezelf.
Ik kijk je aan en jij kijkt langs me heen.
Je blik gericht naar einders van verleden.
Ergens ver beneden in je jeugd lag je volwassen leven.
Heden ben je heerseres. Je dwingt met zachte hand.
Je richt je schreden op het panorama van je geest.
Je bent nog nooit zo jong geweest. Zo mooi zie ik.
Je foto is een schilderij dat fris van kleur
een leeftijd overstijgt, de tijd verdrijft
van onbepaalde jaren: vreugdedalen
en een beek met tranen plots gestopt. De klim
naar hogerop. Een plaats bijna naast God. Madonna,
maar geen maagd. Ik smeek je: blijven staren Valentina,
vrije lady van het landgoed aan het water.
Paarden, poezen en een vijver met tapijt
van mos en bloemen zijn je achtergrond.
Dan heb ik nog niet van je mond gesproken. Rozerood,
een lach, niet in de knop gebroken, lippen vol en fijn
gesloten. Nergens pijn, je ogen en je haar van adel.
Gans je hoofd is puur aristocratisch. Jij bent zuiver
als natuur (geschapen op het ongeschonden uur).
Ik vraag je door te gaan met kijken. Langs mij heen.
Ik ben een kleine knecht, slechts werkzaam
in een tuin met woorden. Jij bent echt: noblesse
van ziel en minnares van hart…. en langzaam ligt
je lichaam klaar en wit en warm te zijn.
Een ridder wacht op het bordes.