De pub White Heart in Brasted, vlak achter het Kentse vliegveld Biggin Hill, was het stamcafé van de RAF-piloten. Het lokaal is nu vergroot, maar de ruimte rond de bar, waar de jonge piloten hun ‘hits’ noteerden, is onveranderd. Ze waren vaak te moe om nog dronken te worden, met af en toe dagen waarin ze wel zes keer vlogen, met schietpartijen en bombardementen terwijl ze opstegen, jachtpartijen op Me 109’s, gevechten, verwondingen, sprongen uit het toestel, terugliften naar de basis en de volgende dag weer de lucht in. Aan de wand hangt nog altijd het krijtbord met hun namen. ‘Hou m’n glas even vast, ik ben zo weer terug,’ zeiden ze voordat in de lucht verdwenen.
Tijdens de zomer van 1940 was de levensverwachting van de gemiddelde Britse piloot vier, hooguit vijf weken.