Verenigingsvlag van Joodse Weerstanders van Antwerpen geschonken aan Fort van Breendonk

Plaatje hierboven: Aan de inkompoort van Fort Breendonk. Herbart Beyers (sitebeheerder van het Nationaal Gedenkteken van Breendonk) nam op 18 juni 2020 de verenigingsvlag van de Vriendenkring Joodse Weerstanders van Antwerpen in ontvangst uit de handen van Regina Suchowolski-Sluszny (Voorzitter FJO) [beeldbron: David Legreve/HLN]

Het Nationaal Gedenkteken Fort van Breendonk in Willebroek kreeg donderdag een bijzonder geschenk. “Wij mogen de verenigingsvlag van de ‘Vriendenkring Joodse Weerstanders van Antwerpen’ opnemen in ons patrimonium,” zegt sitebeheerder Herbart Beyers in Het Laatste Nieuws

De vlag krijgt een bijzondere plaats in onze nieuwe expo in de ‘jodenbarakken’.” Zo een vlag heeft een zeer grote symbolische waarde; ze vertegenwoordigt haar leden en hetgeen waar ze voor staan. Ze verdient het respect van de burgers omdat zij een uitdrukking is van het leed en de offers van hen die zij vertegenwoordigt.

Het Joods verzet
Ook binnen de joodse gemeenschap hebben vele mensen zich verzet tegen het nazi-regime tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vele van hen kwamen terecht in het fort van Breendonk wegens politieke of raciale motieven, voornamelijk in het begin van de oorlog toen de politiek van systematische uitroeiing van de Europese joden nog niet op gang was gebracht.

Dit zou pas gebeuren in België vanaf medio 1942 via het dan opgerichte verzamelkamp in de Mechelse Dossin-kazerne, met deportaties naar Auschwitz. Echter ook in het fort van Breendonk werden al snel de joden, die beschouwd werden als ‘untermenschen’, en de ‘ariërs’ van elkaar gescheiden in aparte kamers.

Nadat nazi-Duitsland ook Rusland was binnengevallen, steeg het aantal gevangenen aanzienlijk, waardoor een tekort aan slaapplaatsen dreigde. De bouw van vier houten slaapzalen op de westelijke binnenplaats eind 1941 moest zorgen voor een nieuw onderkomen voor de joodse gevangenen. Het is in die ‘jodenbarakken’ dat binnenkort een nieuwe tentoonstelling komt, waar de vlag een belangrijke plaats zal krijgen.

Rechtvaardigen
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben ontelbare Belgen of instellingen één of meer joden voor deportatie door de nazi’s behoed door ze bij hen thuis, in een kostschool, een klooster of een abdij te laten onderduiken.

1754 Belgen kregen hiervoor een onderscheiding van Yad Vashem, de officiële staatsinstelling van Israël voor het herdenken van de joodse slachtoffers van de holocaust, als “Rechtvaardigen onder de volkeren”. Ze hebben niet alleen joodse levens gered, maar hielpen de overlevenden het vertrouwen in de mensheid herstellen.

Maar de offers waren zwaar: ondergedoken kinderen moesten zich volledig aanpassen aan nieuwe mensen en andere levenswijzen en overtuigingen waarbij ze een deel van hun identiteit kwijt waren. Ze leefden ook in een voortdurende, al dan niet sluimerende angst en ongerustheid, om nog niet te spreken over het gemis van familie. Dit werd nog schrijnender bij de bevrijding met de confrontatie van de harde realiteit dat veel familieleden nooit zouden terugkeren…

Erkentelijkheid
Om het in de woorden van de Russische historicus en filosoof Alexander Solzjenitsyn te zeggen: “De scheidingslijn tussen goed en kwaad loopt dwars door het hart van iedere mens.” En het waren zulke mensen die, met gevaar voor eigen leven, ervoor kozen om anderen te helpen.

In het door de Duitsers bezette Europa, werden terreur en straf gebruikt om verordeningen na te leven. Er was een tekort aan voedsel, jongeren moesten naar Duitsland gaan werken, het vrijuit je mening verkondigen was niet mogelijk… Wie weerstand bood tegen de bezetter bracht zichzelf in gevaar.

Toch deden sommigen er alles aan om de arrestatie en deportatie door de Duitsers te vermijden, door joden te laten onderduiken en/of van identiteit te veranderen of te proberen om hen een neutraal land te laten bereiken. Op het moment dat het verzet goed georganiseerd was, werden er regelmatig succesvol groepjes mensen over de grenzen gesmokkeld.

In België was onderduiken in principe minder risicovol dan vluchten, al was ook dat absoluut niet eenvoudig. Tegenover het vluchten had onderduiken één groot voordeel: tijd. Men kon vrij snel het huis verlaten en zich verschuilen op een voor de Duitsers onbekende plaats. Verzetsgroepen hielpen bij het zoeken naar een onderduikadres en bij het verkrijgen van valse identiteitskaarten.

Door die valse identiteit waren joden niet meer meteen herkenbaar (doordat ze afstand konden doen van hun echte identiteitskaart waar in het groot ‘Jood’ op stond en van de gele ster die ze moesten dragen). Rantsoeneringszegels kon men niet verkrijgen met een valse identiteitskaart, dus was men toegewezen op de dure zwarte markt.

Ook hier speelde het verzet een belangrijke rol bij het verdelen van rantsoeneringszegels die men toch had kunnen bemachtigen. De vriendenkring van joodse weerstanders van Antwerpen wenste hulde te brengen aan alle verzetslui, zowel joden als niet-joden, die een grote bijdrage hebben geleverd bij het helpen van meer dan 32 000 joden, en was erkentelijk voor de hulp van individuen, groepen van mensen, ondergrondse verzetsgroepen en religieuze instellingen.

Ze hadden tevens als doel waarden als democratie en mensenrechten hoog in het vaandel te voeren. De laatste voorzitter was Dr. Trau, die tevens voorzitter was van de joodse loge, en de vaandeldrager was David Hirschberg. Dank zij deze vlag zullen we dit nooit vergeten!

door Herbart BEYERS


 

Een reactie achterlaten