Hier staan wij
statig ingekaderd
op zwart-witportret
gebeiteld zij aan zij
zo blij en gepolijst
zo fijn te lachen
dat we samen zonder mensen
zijn die onze liefde minachten
die geen begrip opbrachten
voor de minnaar die gedichten
stuurde naar zijn mooie muze
wij laten nu hun ruzies
achter ons wij gaan uit
stilstand vastberaden verder
onze weg is lang en nog niet af
zie daar de gulle lach gebracht
van liefdesman tot minnevrouw
wij houden innig en gewillig vast
aan altijd samenzijn
gelukkig bij mekaar