Misschien is het helemaal niet zo dat iets eenmaal gebeurt en dan voorbij is. Misschien is gebeuren nooit eenmalig maar zoiets als rimpels op het water terwijl de kiezelsteen zinkt, rimpels die zich voortbewegen, zich verspreiden, de plas door een dunne waternavelstreng verbonden met de volgende plas die de eerste plas voedt, heeft gevoed, voedde, en die tweede plas water mag dan water van een ander temperatuur bevatten, met andere moleculaire eigenschappen van gezien, gevoeld, herinnerd, en in een andere tint de onmetelijke onveranderlijke hemel weerspiegelen, het maakt niet uit: de waterecho van de kiezelsteen die hij niet eens heeft zien vallen trekt ook over zijn oppervlakte met de oorspronkelijke rimpelafstand, in het oude onuitroeibare ritme.