De cognitieve oorlog tegen Israël: demonisering en leugens; media manipulatie, bias…

Plaatje hierboven: Welcome to Pallywood! “Zeg Muhammed, kan je nog eens een steen opgooien want het staat er niet helemaal op?”

Artikel uit Brabosh – Een Ander Israëlisch geluid – 6 december 2019

Het beeld dat de media van het conflict tussen Israël en de Arabische wereld geven is vaak eenzijdig en incorrect. Demonisering van Israël, leugens en manipulatie van beelden beïnvloeden de Nederlandse beeldvorming over Israël in negatieve zin. Missing Peace beoogt de berichtgeving aan te vullen om de beeldvorming over Israël te corrigeren.

Cognitieve oorlog
“Voor de Islamisten is het echte slagveld de geest, in zowel de Islamitische als de Westerse wereld. Dat is het slagveld dat Israël leeg heeft gelaten, met de verderfelijke consequenties voor ieder van ons als gevolg. Consequenties die nu zo duidelijk zichtbaar zijn” (Melanie Philips, Spectator GB op 5 juni 2010). Deze uitspraak van Melanie Philips werd gepubliceerd 5 dagen nadat Israël een nieuwe slag had verloren in wat Richard Landes noemt “de cognitieve oorlog”.

Het strijdtoneel was dit keer de Middellandse Zee en de vijand was een Turkse Islamistische terreurbeweging met de naam IHH. Nog voordat enige Israëlische functionaris een verklaring had kunnen afleggen over de gebeurtenissen op het Turkse schip Mavi Marmara was de mondiale publieke opinie al gevormd aan de hand van de beelden die vanaf het schip werden verstuurd door geselecteerde media.

Snelheid informatie
De eerste Israëlische overheidsvertegenwoordiger die een persconferentie gaf over het drama was onderminister Danny Ayalon van Buitenlandse Zaken. Dat was zes uur na het incident. Echter, tot verbijstering van de aanwezige buitenlandse journalisten hield Ayalon zijn briefing in het Hebreeuws en niet in het Engels. De eerste beelden die door de Israel Defense Forces (IDF) werden vrijgegeven waren na vier uur ’s middags te zien op het internet. Tegen die tijd had bijna iedere Europese minister van Buitenlandse Zaken, met uitzondering van de Nederlandse minister Verhagen, Israël al veroordeeld.

Verhagen gaf pas vroeg in de avond een persconferentie waarbij hij een afwijkend standpunt innam ten opzichte van zijn meeste collega’s. Eén van de oorzaken daarvan was dat hij over completere informatie beschikte. Informatie en met name de snelheid daarvan is dus uiterst belangrijk bij de beeldvorming.

Beeldvorming in Nederland
De Nederlandse beeldvorming over het Arabisch Israëlische conflict wordt voornamelijk bepaald door de media. Zelfs parlementariërs baseren hun opinie op TV beelden zoals uit de onderstaande opmerkingen van PvdA woordvoerder Blom duidelijk blijkt.

Blom maakte op 2 januari 2009 in de vergadering van de vaste commissie Buitenlandse Zaken de volgende opmerking aan het adres van collega van der Staaij (SGP): “U ziet toch wat er gebeurt? (in Gaza) Laten we heel eerlijk zijn als ik ’s avonds naar de televisie kijk zie ik wat daar gebeurt, de slachtoffers die daar vallen en de manier waarop Israël omgaat met de aanvallen.”

Zag hij werkelijk wat daar gebeurde? Zowel in het geval van de Gaza oorlog als bij het drama op de Mavi Marmara werd naderhand duidelijk dat de media rapportage niet compleet of zelfs onjuist was. Dit leidde tot verkeerde beeldvorming. Onderzoeken van JCPA analist Jonathan Halevi en Ma’ariv journalist Ben Dror Yemini naar het aantal burgerslachtoffers in de Gaza oorlog, bewezen dat veel minder burgers bij de strijd omkwamen dan oorspronkelijk werd beweerd.

De beladen term “buitensporig geweld” die voor de IDF oorlogsvoering werd gebruikt kwam daardoor in een geheel ander daglicht te staan. Het zelfde gebeurde toen de IDF haar videomateriaal over de gebeurtenissen op de Mavi Marmara publiceerde. De in september gepubliceerde BBC documentaire “Dead at the med” bewees dat de oorspronkelijke beeldvorming ook hier gebaseerd was geweest op incorrecte informatie. In die documentaire zegt een woordvoerder van Free Gaza openlijk dat de media een deel zijn van de actie. Meer specifieker zei zij: “de media zijn een middel om de aandacht gevestigd te krijgen op Gaza, ons doel is om Gaza te openen.” Daarmee erkende zij dat er geen sprake was geweest van een humanitaire missie.

Cognitieve afstand
Het bovenstaande laat zien dat de opinievorming regelmatig gebaseerd is op incorrecte informatie. Het zou daarom voor parlementariërs een goede gewoonte kunnen zijn wanneer zij voorzichtiger worden in het vormen van hun opinie. Zeker op momenten dat er een nieuwe crisis te rapporteren valt over Israël. Door de cognitieve afstand, de complexiteit van het conflict in het Midden Oosten en de pogingen om het nieuws te manipuleren lijkt voorzichtigheid bij het vormen van de opinie een goed uitgangspunt.

Zelfs voor mensen die in Nederland op professionele basis dit conflict volgen bestaat er een handicap in de beeldvorming, omdat men niet zelf in het Midden Oosten verblijft. Een fact finding tour door het gebied kan dan helpen voor een iets betere beeldvorming, maar met de nadruk op iets beter.

Eén van de Nederlandse journalisten in Israël vertelde dat een dagelijkse portie studie inzake het conflict en langdurige aanwezigheid in het gebied, nog niet betekenden dat ze beter zicht had gekregen op de situatie. Het gaat om een complex conflict in een nog complexer deel van de wereld, dat bovendien op een totaal andere wijze functioneert dan het Westen – was onze gezamenlijke conclusie.

Welcome to Pallywood!

Subjectiviteit journalisten
Een andere factor die gebrekkige of incorrecte beeldvorming over het Midden Oosten conflict in de hand werkt is de subjectiviteit van journalisten. De wijze waarop journalisten (of hun redacties) tegen het conflict aankijken bepaalt voornamelijk welk deel van de informatie wordt aangeleverd.

De NOS-Journaal redactie bijvoorbeeld heeft een bepaald wereldbeeld dat haar van waarnemer tot partij heeft gemaakt in het Midden-Oosten conflict. Voor de NOS-journaal redactie staat de humanitaire component in het conflict voorop. Men heeft als het ware oorzaak en gevolg omgedraaid. Israël is Goliath en de Palestijnen zijn David. De keuze uit het nieuwsmateriaal wordt bij NOS-Journaal consequent op dat beeld van het conflict afgestemd. Wanneer er nu een gebeurtenis plaatsvindt waarbij Israël niet als dader kan worden aangemerkt lijkt er voor de redactie een probleem te ontstaan.

Dat werd schrijnend duidelijk toen er op 3 augustus jl. aan de noordgrens van Israël een ernstig incident plaatsvond waarbij een Israëlische kolonel en drie Libanezen werden gedood. NOS-Journaal negeerde de Israëlische versie van de gebeurtenissen en zond een reportage uit van Nicole Lefevre, die volledig was gebaseerd op Al Jazeerah berichtgeving met toevoeging van een Libanese woordvoerder (een Israëlische woordvoerder ontbrak).

De dag daarop negeerde NOS een IDF verzoek om een briefing bij te wonen in het grensgebied op een moment dat de dreiging van oorlog heel reëel was. In plaats daarvan ging NOS-Journaal verslaggever Van Hoorn naar de Palestijnse stad Jenin op de West Bank om een reportage te maken over de opening van een bioscoop. Op dat moment beschikte de Journaalredactie over de volledige informatie over de gebeurtenissen aan de Noordgrens, inclusief een VN-verklaring die de Israëlische versie van het incident onderstreepte.

De Nederlandse televisie kijker werd zodoende cruciale informatie onthouden en bleef achter met het Al Jazeerah beeld, namelijk dat Israël agressie had gepleegd tegen Libanon. NOS-journaal is door dit soort nieuwsmanipulatie partij geworden in het conflict en beïnvloedt de beeldvorming over Israël in Nederland op een zeer negatieve wijze.

Demonisering en leugens
Sommigen gaan echter nog verder. Guus Valk die als correspondent voor NRC het Arabisch-Israëlische conflict verslaat gaf onlangs openhartig blijk van zijn afkeer van Israëli’s. In een artikel in NRC onder de titel “De nieuwe Jood is los van alle conventies” gaf hij een volstrekt eenzijdig beeld van de Israëlische mentaliteit op een wijze die grensde aan demonisering. Het was de eerste keer dat Valk zo openlijk blijk gaf van zijn persoonlijke afkeer van Israël.

Uit betrouwbare bronnen en eigen ervaring weet ik dat Valk hypergevoelig is voor kritiek op zijn reportages. Daarbij ging het tot nu toe echter om onjuistheden en niet over hetzes. Valk lijkt echter meegetrokken te zijn in het algemene klimaat waarin alles gezegd en geschreven lijkt te kunnen worden over Israël.

Dat het nog erger kan bewees de onlangs overleden RTL-correspondent Conny Mus in zijn reportage over de opening van weg 443 tussen Jeruzalem en Modi’in voor Palestijns verkeer op 4 mei dit jaar. Mus loog simpelweg over de werkzaamheden die de IDF uitvoerde pal naast de plek waar hij zijn reportage maakte. In een reportage die bol stond van de beschuldigingen aan het adres van Israël zei hij dat de IDF een besluit van het Israëlische Hooggerechtshof over de opening van de weg voor Palestijns verkeer, had genegeerd. Dit terwijl de IDF op dat moment de laatste hand legde aan de aanleg van nieuwe afritten met controle posten op vier plaatsen langs het traject.

Media manipulatie
Andere middelen die in deze cognitieve oorlog worden ingezet zijn het ensceneren van bepaalde gevechtshandelingen en gebeurtenissen met medewerking van de media. Ook het bewerken van authentiek beeldmateriaal komt voor. Reuters is al twee keer betrapt op het bewerken van foto’s om een Israëlische actie agressiever te doen voorkomen dan in werkelijkheid het geval was.


Originele foto waarop een mes te zien is waarmee een Israëlische commando was verwond.

De foto zoals die door Reuters werd gepubliceerd, het mes is eruit geknipt.

Pallywood is de term die door professor Richard Landes voor dit soort praktijken werd geïntroduceerd ten tijde van de ontdekking van de Mohammed Al Dura hoax.

Op de foto’s hieronder is een voorbeeld van “Pallywood” te zien. Hamas beweerde dat er geen elektriciteit was in Gaza door de blokkade van Israël. Het bewijs hiervan moest een foto zijn van Hamasleden die bij kaarslicht vergaderden. Op de andere foto zien we echter dat het dag is en de vergaderruimte donker is gemaakt door de gordijnen te sluiten.


Vergadering Hamas parlement bij kaarslicht in Gaza.

Zelfde vergadering van bovenaf gefotografeerd, daglicht komt door de gordijnen.

Een ander probleem is het gebruik van zogenaamde Palestijnse “fixers” en cameramensen. Fixers zijn locale employees die ingehuurd worden door buitenlandse journalisten voor vertaalwerk e.d., wanneer zij werken in de gebieden die onder Palestijns bestuur staan. Charles Enderlin van France 2 maakte bijvoorbeeld gebruik van een Palestijnse cameraman bij de Al Dura hoax. De beelden van deze jongen en zijn vader die “beschoten” zouden zijn door Israëlische militairen bepaalden voor een groot deel de reacties in de wereld op de Tweede Intifada, die in 2000 begon.

Een blogger in Frankrijk won uiteindelijk een rechtszaak tegen France 2 nadat hij had aangetoond dat de beelden een hoax waren. Ook NOS journaal verslaggever Sander van Hoorn gebruikte een Palestijnse cameraploeg tijdens de Gaza oorlog. Tijdens een reportage in januari 2009, verdedigde hij deze beslissing. Hij gaf toen toe dat Palestijnen de neiging hebben om toneel te spelen voor de camera.

Het meest recente voorbeeld van het ensceneren van nieuws vond waarschijnlijk plaats in de wijk Silwan in Jeruzalem begin oktober. Gemaskerde Palestijnse jongeren bekogelden Israëlische auto’s met stenen en een van hen werd daarbij geschept door een Israëlische automobilist. Oplettende bloggers toonden wederom aan dat er waarschijnlijk sprake was van een nieuwe Pallywood-productie. Daarbij ging het om die ene dramatische foto of video die een negatief beeld van Israël moest verschaffen.

Conclusies
Na de conventionele oorlogen die Israël tot 1973 voerde tegen haar vijanden, werd “low intensity conflict” het volgende wapen dat een einde aan het bestaan van de staat moest brengen. Daarbij was terreur het wapen dat Israël van binnenuit moest uithollen. Beide vormen van oorlog werden door Israël gewonnen. In de cognitieve oorlog die sinds 2000 in intensiteit is toegenomen lijkt Israël echter de verliezende partij. De Islamisten zijn erin geslaagd om hun versie van het Midden Oosten conflict in het Westen als het ware verhaal te verkopen door de collaboratie van een groot deel van de Westerse media. Het imago van Israël lijkt daardoor onherstelbare schade te hebben opgelopen en heeft haar internationale positie ernstig verslechterd.

De enige wijze waarop Israël dit tij alsnog kan doen keren is door deze strijd net zo te benaderen als de meer conventionele vormen van oorlog. Door te investeren in goede en snelle informatievoorziening via alle moderne communicatie kanalen en het inschakelen van alle spelers in de public diplomacy moet er een kentering worden veroorzaakt. Daarnaast moeten Europese beleidsmakers op een snelle en directe manier worden voorzien van alle essentiële informatie. Tot slot zal het volledige potentieel van vernieuwende initiatieven en technologische middelen moeten worden gebruikt om onjuiste mediaberichtgeving consequent en snel te exposeren. De ontwikkelingen in Israël het laatste jaar, duiden erop dat men eindelijk heeft ontdekt dat het twee voor twaalf is.

In Nederland zou een debat moeten plaatsvinden over de overheidsfinanciering van gemanipuleerde berichtgeving zoals het geval is bij het NOS-Journaal. Een initiatief zoals Missing Peace gericht is op het aanleveren van de ontbrekende informatie in de berichtgeving van de reguliere media zou kunnen helpen de beeldvorming in Nederland te corrigeren.


Bronnen:

♦ naar een artikel van Yochanan VisserDe cognitieve oorlog tegen Israël” van 30 december 2010 op de site van SGP Wetenschappelijk Instituut.

Een reactie achterlaten