Het sap van je perzik
loopt langs je blanke vel
in dikke tranen traag
omlaag
Je mond is druppelnat
je vingers spreiden zich
gelukkig met zijn tien
ik zie je stil genieten
Langzaam voel ik
hoe je handen
in mijn handen woelen
hoe je tong
mijn tong beroert
Het sap gemeenschap wordt
zo is het goed
dit zijn de vruchten
uit de tuin der lusten
In de lucht staan wolken
vol en zwanger
van de zomerliefde
toe te zien op ons
Zij vallen later op de avond
zwaar en zacht
zij worden nacht en dekken
ons in bed
Een deken als een verse vacht
voor rijper fruit
de boom barst zonder slaap
hij fluit omhoog en
spuit zijn tranensap
De ochtend huilt
jij weent van week genot
en weer lig ik
in jou verstopt
De dag staat op
de zon kijkt schuchter
naar ons klein geluk