‘Ik houd niet van de uitdrukking “het gewone volk”. Er bestaat niet zoiets als gewoon volk. Je hebt een man en een vrouw en nog een vrouw en nog een man en ieder van hen heeft verstand en gevoelens en neigingen en een of ander moreel oordeel. Zij het dat het morele oordeel van een man, als dat al bestaat, alleen werkt als zijn neigingen even vervuld zijn.’