Uit Knack Weekend van 08/02/2017

Joke Hermsen (55), filosofe en auteur, twee kinderen – Hoe kunnen we ons weren tegen machines ?

“Hoopvol denken is eigen aan mijn filosofie, en in deze tijd belangrijker dan ooit. De komende decennia zullen wij als mensen veel meer de concurrentie moeten aangaan met dingen : met robots, computers, schermen. Als we die strijd niet willen verliezen, als we niet het object van technologische subjecten willen worden, dan moeten we ons onderscheiden. Daarom hoop ik dat we in de toekomst volop zullen kiezen voor humaniteit, als tegengif voor de huidige technocratie”

“Wat ons als mensen onderscheidt? Een eerste belangrijk menselijk vermogen is de creativiteit. Dan bedoel ik niet zomaar dingen maken of knutselen, maar het onverwacht nieuwe kunnen scheppen. Machines kunnen veel ontwikkelen, maar dat gebeurt altijd vanuit een bepaald plan of een berekening. Alleen mensen kunnen het totaal nieuwe bereiken, het novum van de Duitse filosoof Ernst Bloch. Om die creativiteit aan te wakkeren, hebben we vooral goed onderwijs nodig. Nu lopen onze scholen aan de leiband van het neoliberalisme : alles staat in het teken van economisch en technologisch denken. Voor algemeen-culturele bildungsvakken als kunst, theater, muziek en literatuur is er amper nog ruimte. Terwijl mensen van nature talige en creatieve wezens zijn, maar die talenten moeten wel gevoed worden.”

“Ook solidariteit en empathie onderscheiden ons van de dingen. Mensen kunnen meevoelen met anderen en zorgen voor zwakkeren. Als we willen dat onze samenleving blijft draaien, hebben we dat nodig. Ook dat empathische vermogen moet worden gestimuleerd in het onderwijs. Vakken als sociologie, psychologie en burgerschapszin zijn belangrijk om het aangeboren verlangen naar verbondenheid te stimuleren. Terwijl veel leerlingen nu elk apart achter hun computer zitten, in een compleet individualistisch systeem.”

“Ik heb het gevoel dat we vandaag op een kantelpunt staan. Ofwel evolueren we naar meer technocratie en individualisme, ofwel naar meer menselijkheid. Het is mijn grote hoop, voor mijn kinderen en kleinkinderen en alle volgende generaties, dat we onze huidige melancholie kunnen ombuigen tot een humane, creatieve benadering.”