Ik merkte hoe mensen voor directeur speelden terwijl ze werkelijk een directeursfunctie bekleedden. Deed ik dat zelf ook? Je bewaart een steeds wisselende afstand tussen jou en je werk. Er is daar sprake van een ietwat onbehaaglijk gebied, een besef van aan regels gebonden toneelspel dat uit een soort bedwongen paniek bestaat, en misschien dat je dat laat blijken in een geforceerd gebaar of wanneer je even ritueel je keel schraapt. Iets uit je kindertijd schiet door dat gebied heen, een besef van spelletjes en halfgevormde ikken, maar het is niet zo dat je net doet alsof je iemand anders bent. Je doet alsof je precies diegene bent die je ook bent. Dat is het merkwaardige.