Jaloezie is geen aangenaam gegeven. Het is een gevolg van een snelle verandering van de sociale structuur in eenvoudige mensengemeenschappen, waarbij we in de fase van de explosieve ontwikkeling van onze hersenen in naar evolutionaire normen korte tijd zijn omgeschakeld van een relatief promiscue bestaan, zoals dat van andere apen, waarbij iedereen in principe met iedereen kan paren, naar een systeem waarbij verliefdheid, paarvorming en actief vaderschap zijn geïntroduceerd om de overleving van steeds hulpelozer geboren baby’s te bevorderen.
Jaloezie moet belangrijk zijn geworden omdat het als scherm fungeert tegen achterhaalde gewoontes, waardoor het de overlevingskansen van koppels en hun baby’s zo sterk verhoogde dat het stevig in onze genen ingemetseld is geraakt. Als jaloerse mensen succesvoller zijn in het grootbrengen van kinderen dan andere, kan jaloezie zich als een virus in een populatie verspreiden, want kinderen krijgen de vatbaarheid voor jaloezie ongetwijfeld deels in hun genen mee. Pure natuurlijke selectie gericht op het fnuiken van rivaliteit.