Bibliotheek-artikel

Komt nader aan de oppervlakte: water

Jouw lange lichaam
Waar begin ik aan?

Misschien je billen
Van nabij bezien?

Je benen strelen van je middel
Tot je tenen weer omhoog

Of anders dieper stoten
In je ogen met mijn blik?

Ik weet het niet mijn lief…

Het rustig fruit van augustus

 Het sap van je perzik
loopt langs je blanke vel
in dikke tranen traag
omlaag

Je mond is druppelnat
je vingers spreiden zich
gelukkig met zijn tien
ik zie je stil genieten

Langzaam voel ik
hoe je handen
in …

De laatste taal gaat slapen

Je leest me blablabla (abstract
gebrabbel dwarrelt op zijn gat)

Je bent opeens verbaasd
Je houdt me voor een dwaas

Je neemt wat afstand
Daarna kom je weer
Op hoger benen nog dan eerder

Langzaam treed je nader
Naakter blonder …

Stom van taal in de mond

Je wil dat ik praat
tegen jou

Maar vaak heb ik geen taal
enkel tekst met een deksel
dat sluit in mijn mond

Ik schrijf je niettemin
dit late alibi

Het klinkt wat zwak
het spreekt niet luid

Het zit

Expo sixties: sex in the city

De landschappen waren prachtig
onderweg van Leuven naar Luik

De trein reed met zijn leuke fluit-
geluiden als een bolide
direct door Tienen en negeerde
Jan en alleman: ook in Landen
hielden wij geen halte
 
Wij zaten ongestoord en

Onverwacht zacht gezegd

 
Gelukzalig zeg je

ik verschiet van het schone woord
waarmee je een gevoel benoemt

waarvoor ik gedichten moet verzinnen
moeilijke constructies in tekst opzetten

ik breek mijn bek honderdmaal
ik probeer en ik faal

ik haal het niet bij …

Het wrede vrijen der getijden

 

Je lichaam is een landschap – dat komt opgedoken – uit een zee

van begeerte

Je wordt op het strand gesmeten – als een wulpse duin die rolt

en kronkelt in zijn schuim

Ik ben een weerloze man op

Zustergedicht van “August” (P-J De Smet)

Er valt een stilte
zo zwaar als een traan

Maar je weent net niet
tenzij inwendig

Een droge snik
vertelt me iets

En verder niets
wat ik niet wist

Dit is onrustig
een soort augustus

We oogsten ons zaad
het …

Van stof en as op dit terras

 
Ik til je trage rokken op
Ik luid mijn grage klokken

Opgetogen slaat de slinger
Ons balkon begaat de swing

De zon verschrikt zich
Ik verschik je billen en

Ik mik me dieper in
Je hete huid ik snijd …

Licht in augustus – William Faulkner

Dat was op de derde dag. Op de vierde dag werd ze heel rustig volkomen krankzinnig. Ze maakte nu helemaal geen plannen meer. Van nu af aan volgde ze in haar handelen een soort intuïtie, alsof de dagen en doorwaakte