Toen ik een jaar of 15 was worstelde ik nogal flink met mijn hormonen. Het was een strijd die ik niet kon winnen, de erotische demonen gingen vaak met mij aan de haal. Dat was toen dagelijks een helse wirwar van wild gestoei met meisjes en halfslachtige vrijpartijen. Bij nacht volgden er dronken fantasieën over rijpere vrouwen, inclusief mijn mooie tantes en knappe buurvrouwen. Iedereen welkom op mijn gedroomde sekspartijtjes!

In het college te Diest liet dat al eens zijn natte sporen na. Zo was er een pronte poetsvrouw van een goeie dertig jaar die bij gelegenheid naar mij loenste en lonkte. Zowel op de speelplaats als in de refter scheerde zij soms rakelings langs mij heen met haar begeerlijke lijf. Ik meen nog haar malse flanken te kunnen voelen, ik zie nog vaag dat trotse gewiebel van haar volle borsten. Het paradijs kwam toen voorbij, Eva uit de tuin van Eden, ik wou in die sappige appel bijten, de honger spatte uit mijn oren. Dat had die deerne door.

Op zekere dag vroeg zij mij om een handje toe te steken, nee nog niet in haar decolleté, maar ze lokte me mee naar een benedenverdieping. Dat had ik kunnen weigeren, maar het jonge geil was mij de baas. Ik daalde totaal ontregeld mee af naar het donker van die lagere regionen, met name de… patattenkelder, want zo prozaïsch was de aangelegenheid. Ik moest haar mee helpen heffen aan een zak aardappelen, het zaakje was te zwaar voor haar, ik was de man in wording die mocht rollen met zijn spierballen. Die vent in mij bleek echter totaal afwezig, de jongen bleef helemaal op zijn honger. Ik voelde haar hete adem, maar ik proefde geen speeksel, haar giftige tong bleef in haar slangenmond, ik rook slechts het zweet van de begeerte. Haar aanwezigheid was heel nabij en verpletterend hitsig, maar ook zij kon de laatste horde niet nemen. Ze zuchtte, steunde en kreunde voortdurend, maar uiteindelijke verbeet ze zich en zweeg. Ze wachtte duidelijk op mijn uitgestoken hand, maar ik haperde. Paniek sloeg toe voor open doel. Een gans gemiste kans, en jaren later vreet ik nog mijn kas op, welk een weelde ontglipte mij daar. Ik had gulzig moeten bijten in dat prille geluk, de zonde moeten savoureren, haar volle boezem en de zwoele rest lagen grijpklaar in de aanbieding. Ik tastte er grandioos naast, het donker was mijn bondgenoot geweest… om niets te doen.

Mijn geest begeerde, maar mijn lichaam faalde, haar handen hadden gehaperd, haar mond geaarzeld, voor altijd zouden wij de gemankeerde minnaars van dat gemist moment zijn. Soms droom ik nog eens over haar, zij wordt dan voor mij de actrice Jessica Lange uit de Postman always rings twice, half ontkleed en volledig ‘neukklaar’ ligt ze op de keukentafel. Jack Nicholson bespringt haar gretig, neemt haar helemaal. Bij mij is die postbode geen tweede keer langsgekomen, de zwoele poetsvrouw uit het college is zedig aangekleed gebleven. Mijn begerige bereidwilligheid haalde het niet van mijn spijtige verlegenheid. Erg, maar ach.

Tijd brengt soms raad, niet altijd. Het moet misschien twee jaar later zijn geweest toen ik op een late avond nog eens langsging bij madam Mimmi, om een pintje te drinken aan de toog van café Het Jagershof in Baalrode.
Ik verwachtte er mijn kameraden en de rest van het gezellige buurtvolk, de traditionele dolers op zoek naar de nacht en de eeuwige zuipers van dienst. Maar niks of niemand trof ik eraan, die gasten gaven allemaal verstek. Ik zat helemaal alleen met cafébazin Mimmi, een voluptueuze volkse schone van hoogstens 45 jaar, goed voorzien ‘van oren en van poten’, strak in de open blouse en zoals altijd op hoge hakken en de kont verpakt in ultrakorte minirok. Wegens geen andere klanten besloot kokette Mimmi om naast mij te komen zitten, op een hoge kruk aan de bar. Niet onbelangrijk, eerst had zij de deur aan de binnenkant op slot gedaan en de lichten gedempt. Voor de buitenstaanders, de potentiële klanten, leek het café dus dicht.

Daar zat ik dan, willens nillens met mijn broek vol goesting, want het panorama naast mij, zo zinderend dicht nabij, was waarlijk prachtig. Ik keek neer op een plateau van denderende dijen en had inzage in een vallei met walsende vleespartijen, alles danste van warme belofte voor mijn dorstige ogen. Mijn handen rookten aan één stuk door, ik verdronk mijn mond in sloten bier, het was een tafereel dat mij oversteeg. Maar met mijn onervaren 17 jaar heb ik ook daar gefaald, ik durfde niet toe te tasten. Ik verplaatste telkens weer mijn glas als een barricade tegen de naderende lust, verschoof nerveus de asbak, wiebelde continu op de poten van mijn barkruk, en negeerde compleet verlegen de aangeboden weelde. Haar dijen kwamen strelen, zeker weten, en mijn haarlok heeft ze goed gelegd, telkens weer, mijn handen zogezegd uit begrip gestreeld.

Ik begreep haar wel, maar ik zat vast, in de greep van mijn jonge onvermogen. Ik moest eerst nog oefenen op de meisjes om mij heen. Het uitgepuurde leven met de gezonde bronst van mature vrouwen was voor zoveel jaren later. Slechts uitgestelde schade, de achterstand werd ingehaald.

En dan was er uiteraard Rosanne, mijn mooie buurvrouw in Kessel-lo. Ik moet toen achteraan in de twintig geweest zijn, zij een goeie 40 jaar. Rosanne was wulps en frivool, een begeerlijk stuk, maar niettemin met perfecte manieren. Ze verzon zichzelf een plaatsje bij de hogere klasse, de minstens betere burgerij. Ik gunde het haar graag, ik vergaf haar alles, inclusief haar platte bourgeoisie. Mijn blik bleef steeds vergevingsgezind gericht op haar lichamelijk gerief. Ze was klein en rondborstig, droeg liefst dunne kleedjes, eerder kort van stof, haar boezem vaak niet ingesnoerd door omringend textiel maar gezond open en bloot. Ik zag die tieten dagelijks voorbijvliegen in de naastgelegen tuin. Ook toen al hield ik fanatiek van die alternatieve kunst.

Om kort te gaan, ik begeerde die vrouw, en dat wist zij ook, laat daar geen misverstand over bestaan. Ik wil ook wel geloven dat het haar niet stoorde. Haar eigen bedgenoot, de apathische Kamiel, zocht zijn kick’s in het kweken van kanaries. ’s Nachts zat hij met zijn muffe kop in bestofte albums met postzegels… terwijl zijn vrouw lag te verdorren in bed. Dus.

Zodoende zocht de zwoelte zijn eigen weg. Op zekere dag toen een hittegolf het land teisterde en het geil van tussen de stenen in onze straat spatte, werd ik onverwacht geïnviteerd door Rosanne. Ze kwam bij mij aanbellen, in lichte zomernégligé, en vroeg of ik mee wou komen, naar haar woning, en liefst naar boven, nota bene! Ik heb meteen de benen genomen, én de hete overschot die ik voorhanden had. Ik liep gedwee mee met Rosanne, de trap op, terwijl ik niet trachtte te kijken naar de splitsing tussen haar dijen, het minuscule slipje dat ik net niet zien kon, misschien niet aanwezig. Mijn verbeelding deed dik dronken zijn best.

Toen heeft Rosanne mij op zolder de vraag gesteld (ze raakte me ook even in vertrouwen aan, ik keek indiscreet en openlijk heet in haar ogen) of ik soms wat oude boeken mee wou nemen. Ze hield eindelijk grote kuis. Ik dacht spontaan: ook haar sullige Kamiel moet nu de baan ruimen, jawel. In mijn dwaze fantasie kroop ik bronstig op haar, beschermheer van weerloze vrouwen vóór alles, mijn gedachten tolden alle kanten op. Onkuisheid kleefde op mijn voorhoofd, mijn handen en mijn kruis jeukten.

Rosanne kwam nader, ze verklaarde nog meer, ik hoorde niks behalve haar adem in mijn klamme nek, de hitte werd onmenselijk, het werd wit voor mijn ogen. Ik weet niet meer of het plafond is neergekomen, hoe zijn we terug beneden geraakt. Waarom werden de ritselende lintjes van dat niemendalletje om haar leest plots weer opgeschort als ik niks had zien zakken? En toch had ik die borsten aangeraakt en gewogen met mijn blik, minstens toch. Mijn verlamde handen spraken alles tegen, de gedroomde climax was wellicht langs een dakportiek ontsnapt.

We hadden ideële seks gepleegd, een gezamenlijk illusoir orgasme beleefd. Achteraf bekeken was dat goed, de schande in de fatsoenlijke buurt was vermeden. Rosanne bleef een vrouw van standing, een hoopje onkuise ellende naast haar versteende man. Ik nam afscheid van haar geheim, het ongekende geil dat haar teisterde. Haar zomer kabbelde voort, onbespat.

Drie vrouwen, trilogie van begeren, met erotiek die perfect gekund had, maar net geen kunst werd. De artiest in mij die mikte en mankeerde.



Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *